En met recht. Want als iets dat al heel lang een probleem is, in een paar jaar tijd opeens opgelost is, mag, nee moet, je dat kritisch benaderen. Cijfers om het geheel te onderbouwen geeft OnderhoudNL niet, behalve dat vanaf 2014 het verschil in de arbeidsverhoudingen in oktober van het ene jaar en maart van het daaropvolgende jaar gedaald is. Met arbeidsverhouding wordt meestal bedoeld een werkgever-werknemer-betrekking, oftewel een arbeidscontract. Er zijn dus minder mensen ontslagen. Dat is met recht goed nieuws te noemen.
Alleen, zien we die beweging niet overal? Is het niet zo dat na de financiele crisis van 2008 en het laatste slechte jaar 2011 de economie simpelweg gegroeid is? En dat arbeid dus schaarser is geworden en geen werkgever het meer in zijn hoofd haalt om omzet te missen doordat hij mensen ontslaat? En horen we niet ook al jaren dat door de vergrijzing het aantal schilders ieder jaar afneemt? Maar, hoe groot is de economische groei dan? En het aantal schilders? Op zoek naar cijfers dus.
Cijfers in de schildersbranche zijn lastig te vinden. Alleen al hoeveel schilders er zijn is lastig om achter te komen. Maar ja, je bent marketeer (ik) en dan moet je wel met cijfers kunnen omgaan. En je moet ze ook kunnen vinden. Ik begin de zoektocht dan ook via Google en kom al snel bij het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Het CBS heeft cijfers over langere periode beschikbaar, gebaseerd op de zogenaamde SBI-code. Als je officieel bij de Kamer van Koophandel geregistreerd staat als schildersbedrijf, heb je code 4334. Met Statline kun je dan ook data gaan bekijken. Het CBS deelt de bedrijven op in categoriën op basis van het aantal werkzame personen. Dit zal zijn fulltime banen. Als je hieruit de schilders filtert, ieder jaar het 1e kwartaal, kun je de volgende tabel maken:
Wat zeggen deze getallen nu over de aantallen schilders? Als je het aantal schildersbedrijven vermenigvuldigt met het gemiddeld aantal werknemers, heb je een redelijke schatting van het aantal schilders. En dat zou je dan kunnen afzetten tegen het Bruto Binnenlands Product, de omvang van de economie. Wat krijg je dan voor een getal? Als we aannemen dat de totale vraag naar professioneel schilderwerk meegroeit met de omvang van de economie, krijg je dan dus een soort index van de vraag naar schilderwerk gedeeld door het aantal schilders. Hieronder heb ik het doorgerekend en met kleurtjes aangegeven wat de hoogste (groen) en laagste (rood) waarden zijn.
En waar lijkt het omslagpunt te liggen? In 2014 gaat dit getal voor het eerst over de 40. En laat dat nu precies het jaar zijn waarin het verschil in arbeidsverhoudingen volgens het artikel van OnderhoudNL begint te dalen. Toeval? Ja, dat denk ik wel.
Maar zou het kunnen dat vanaf 2014 het totaal aantal schilders niet meer genoeg is om al het schilderwerk uit te voeren? En dat om die reden steeds minder werkgevers hun werknemers ontslaan? En ook de toename met bijna de helft in 13 jaar van het aantal bedrijven met 1 werknemer zal bijdragen aan deze ontwikkeling. Deze grotere ‘flexibele schil’ zoals de zelfstandigen vaak genoemd worden, zijn misschien wel de nieuwe winterwerklozen. Ingehuurd voor het buitenwerk en eruit vanaf oktober, het zou zomaar kunnen.
Hoe het precies zit? Dat weet ik natuurlijk niet en ik ga ook niet beweren dat ik de wijsheid in pacht heb. Maar dat hier een verkeerde oorzaak wordt benoemd voor een verschijnsel dat zich wel degelijk voordoet, lijkt me duidelijk. Dit was overigens de redactie ook niet ontgaan, getuige dit blog van Jan-Maurits. Een iets kritischer houding had wat mij betreft echter wel gemogen, ondanks het kleine wereldje dat ‘onze’ schilderswereld is. Want als we iets kritischer zijn op onszelf en durven toe te geven dat we het ook niet altijd weten, komen we samen een stuk verder. En dat lijkt mij beter dan een juichverhaal schrijven waar iedereen met een klein beetje kennis van onze branche zo gaten in schiet. Dus OnderhoudNL: iets kritischer op jezelf mag!
Altijd prettig als mensen hebt die dingen in het juiste perspectief kunnen zetten.
Dus als ik het goed begrijp zijn er in 2021 11490 schildersbedrijven die geen personeel in dienst hebben.
Er zijn 2740 bedrijven die personeel hebben .
Ik vraag mij dan af hoe het kan dat de grootste groep de zelfstandige zonder personeel die ruim drie keer groter is dan de bedrijven met personeel ondervertegenwoordigd zijn in de pensioenfonds .
Ja, dat lijkt aardig te kloppen. Maar die bedrijven met personeel leveren dus wel bijna twee keer zoveel deelnemers aan het pensioenfonds en betalen dus ook per bedrijf veel meer premie. Dus het hangt er maar vanaf hoe je kijkt. En dat kun je met statistieken en grafiekjes behoorlijk beïnvloeden.
U ziet ‘slechts’ 2700 bedrijven tegenover ongeveer 11.000, kennelijk ziet pensioenfonds een groep van ongeveer 28.000 premiebetalers. Beiden zijn waar!