Lastig te zeggen. Dit jaar was er zo goed als geen vriesdag, weet ik als schaatsliefhebber. Dus doorwerken in de winter had best gekund. Maar dat kan ook tegenvallen. Wat we wel echt steeds vaker zien (en een oude man als ik kan dat weten) is dat er in de zomer, vooral vóór de bouwvak, steeds vaker van die woest-hete werkdagen voorkomen. Moeiteloos 30 graden, vaak nog veel meer.
Als we dat weten moeten we ons als schilder daar dus niet meer door laten overvallen. Eigenlijk zou het eens over moeten zijn met stoerdoenerij om met dat soort temperaturen onbeschermd de steiger op te gaan. Al was het maar vanwege het resultaat: de verf blijft dun en vloeibaar of wil helemaal nauwelijks drogen. Maar ook voor je veiligheid. Sowieso vanaf nu altijd in je gereedschapskist: een zonnebril tegen verblinding, een pet met een lange klep, heel veel zonnebrandcrême, flessen met water en zo’n beetje vreemd maar best heel lekker koelend vest.
Maar met 35 graden in de schaduw, dus nog veel meer graden tegen een stenen gevel, moet je misschien echt maar beter een paar uurtjes siësta houden en in de avond pas terugkomen. Of een zonneparaplu gebruiken, of de heater meenemen en die op blowen zonder warmte zetten.
Maak, kortom, een hitteplan. Wettelijk regels, zoals bij windbelasting, zijn er niet zo ver ik weet. En wat je kunt verdragen is voor iedereen anders. Maar zorg dat je je grenzen afbakent. En grenzen kunnen ook zichzelf kenbaar maken, hè? Voel je je draaierig, slap en misselijk worden dan moet je zo snel mogelijk voorzichtig van die ladder af, in de koelte gaan zitten en veel drinken. Uitdroging en een zonnesteek zijn reëel en kunnen je zomaar overkomen. Houd je veilig!