Ga naar hoofdinhoud

Bedrijfsleider met een lange ij


Dat het leven van een ondernemerszoon niet altijd over rozen gaat, weet Niels Deen uit eigen ervaring. Hij kreeg een burn-out, schreef er een boek over en hoopt daarmee al die andere ondernemerskinderen te helpen met hun worstelingen.

Mieke de Beer-Koomen interviewt Niels Deen tijdens zijn boekpresentatie (foto: Dana Schoenmaker).

Schilderen is voor Niels Deen mediteren. ‘Ik moet de eerste schilder nog tegenkomen die een burn-out van zijn werk heeft.’ Hoewel hij naar het SintLucas in Boxtel ging, heeft hij nauwelijks aan de kwast gewerkt. Wél schilderde hij onlangs zijn eigen huis. ‘Vijf jaar geleden heb ik daarvoor een bedrijf laten komen.’ Lachend: ‘Maar daar was ik natuurlijk niet tevreden over, want niemand kan zo goed schilderen als ik.’

Beroepsmatig was Deen, die doorstudeerde tot aan de universiteit, al snel de gedoodverfde opvolger van zijn vader in diens onderhoudsbedrijf. Maar de man uit Wervershoof liep vast in die rol. En goed ook. Opgebrand kwam hij thuis te zitten, nu – opgekrabbeld en wel, met energie en tal van nieuwe inzichten – ligt er alweer een tijdje zijn eigen boek: Help, ik heb een bedrijf in mijn familie. Ondertitel: Als bedrijfsopvolging je achtervolgt.

Catastrofaal

‘Ik heb ernstige dingen gezien als het gaat over bedrijfsopvolging’, steekt Deen van wal. ‘Ellende, ziek zijn van de stress, opgenomen worden op de psychiatrische afdeling van het ziekenhuis. Overlijden zelfs. Ondernemerschap is leuk, zolang het winst oplevert, een nieuwe auto, groei, financiële voorspoed en voorspoed in het algemeen. Maar gaat het niet goed en drukt een bedrijf in je familie een enorm stempel op je identiteitsontwikkeling, dan kan dat catastrofale gevolgen hebben. Maar dat zie je over het algemeen niet, want we willen laten zien dat het goed met ons gaat. Het is een taboe.’

‘Zelf kreeg ik in 2007 een burn-out. Ik was 31 jaar en iemand die alles was geworden in het bedrijf van zijn vader, behalve zichzelf. Ik deed alles om als een soort directeur in dat bedrijf te acteren, terwijl ik dat niet was. Formeel was ik bedrijfsleider. Eerst met een korte ei en later met een lange ij. Onbewust wist ik dat ik niet op het goede spoor zat. Ik deed iets vanuit mijn hoofd, mijn ego. Terwijl ik altijd had gezegd: “Ik ga niet in het bedrijf van mijn vader werken.” Dat is wat ik een negatieve kernovertuiging noem. Ons neurale systeem kent geen ontkenning, dus eigenlijk zei ik: “Ik ga in het bedrijf van mijn vader werken.” Toen ik zeven maanden thuis zat, sprak ik één ding met mezelf af: ik kies diep van binnen voor mezelf en ga niet meer het gewenste gedrag vertonen om in een bedrijf te overleven.’

De schildersbranche is doordesemd van de familiebedrijven (foto: Dana Schoenmaker).

Kloon

‘Ik was een soort kloon van mezelf geworden, die alleen maar bezig was anderen te pleasen. In 3,5 jaar tijd liep de batterij langzaam leeg. Ik was lusteloos, had geen energie, geen perspectief, geen toekomst of bestaansrecht meer. Dat maakte me depressief, suïcidaal zelfs. Ik was niemand geworden en daarmee iedereen. Ik deed alles voor anderen en niks meer voor mezelf. Nu weet ik: het slechtste wat je op je werk kunt doen is niet jezelf zijn.’

Het is een ogenschijnlijk eenvoudige boodschap die Deen verkondigt tegen wie het maar horen wil. ‘Ik kom vaak in probleemsituaties waar mensen het niet meer zien zitten.’ Het is zijn nieuwe rol, trouw aan zichzelf, aan zijn eigen waarden: op interim-basis coacht hij bedrijven en individuen – grosso modo ondernemerszoons zoals hijzelf – om de voor hen juiste (levens)keuzes te maken. “Met lef je eigen weg”, zoals hij dit pakkend vertolkt op zijn visitekaartje. Zeven sleutels om met jezelf, je familie en je bedrijf in het reine te komen zijn daarbij in zijn ogen cruciaal. Die werkt hij nauwkeurig uit in zijn boek, dat bol staat van de praktijkvoorbeelden. Niet in de laatste plaats uit de schildersbranche, die doordesemd is van familiebedrijven.

Hij herinnert zich een reünie van het SintLucas. ‘Ik sprak daar veel ondernemerszonen die ook in de problemen waren gekomen. Schrok ik van. Ik dacht dat ik een uniek verhaal had. Maar je trekt aan wat je zelf bent, als een magneet. Goede vrienden van mij zijn allemaal zonen van ondernemers.’

Bedrijf altijd op één

Het bedrijf komt altijd op de eerste plaats, weet hij uit ervaring. ‘Het heeft voorrang op alles en dus ook op jezelf. Staan bijvoorbeeld op zondag door harde wind de steigers op omvallen, dan moet je daarheen met je vader. En dus niet naar de voetbal. Voor een ondernemerskind is dat heel logisch, maar het kan ook het gevoel geven dat je geleefd wordt. Een gehandicapte broer of zus geeft vaak dezelfde dynamiek: alle aandacht gaat naar hem of haar toe. Net als een broer of zus die aan topsport doet. Waardoor jij een stuk erkenning mist en dat vaak gaat zoeken in een bekend systeem: het bedrijf. Je gaat gedrag vertonen dat het bedrijf verder helpt terwijl je niet aan jezelf toekomt.’

Niels Deen studeerde door tot aan de universiteit, maar werd niet
gelukkig in het onderhoudsbedrijf van zijn vader (foto: Niels Blekemolen).

Deen kan er een boek over volschrijven. Wat hij dus ook gedaan heeft. Zo rakelt hij de ondernemerszoon op die op zijn 55ste weer teruggreep naar de kwast, simpelweg omdat hij daar gelukkiger van werd. En de ondernemer die bij een ander bedrijf zijn geluk hervond door in loondienst te gaan werken. Denk ook aan de man die zijn jongenskamer vol had hangen met Scania-posters en op een zeker moment het ict-bedrijf van zijn vader overnam. Na interventie van Deen heeft hij nu zijn eigen vrachtwagen- en transportbedrijf.

Surfschool

‘Of de jongen die een aannemersbedrijf had. Hij had geen gezellig leven, zag er flets uit, had altijd problemen en zijn ouders waren niet trots op hem. Vijf jaar heeft hij een burn-out gehad, niemand wist wat er aan de hand was. Over het bedrijf van zijn vader wilde hij niet praten. Dat gaan we dus wel doen, zei ik. Begon-ie te huilen, maar daarmee was de angel eruit. Nu heeft hij een fantastisch mooi bedrijf op Bonaire, een eigen surfschool.’

Jezelf koesteren, je eigenwaarden belangrijk maken, daar gaat het volgens Deen om. ‘Dat wordt snel egoïstisch genoemd, maar dat is het niet. Ik doe dingen op mijn manier, waar ik blij van word. Dat maakt me dankbaar en nederig. Ik kijk geen televisie, lees weinig kranten, ben fanatiek aan yoga gaan doen en loop halve marathons. Door voor mezelf te kiezen, heb ik een gigarijk leven gekregen. Dat gun ik iedereen.’

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.


PPG verlengt Colorful Communities tot en met 2035

Baan Twente wederom beste Mercedes-Benz Van ProCenter

Oostveen overgenomen door Hoogstraten Haarzuilens

Geen versoepeling regels voor Oekraïense zzp’ers

Soudal slaat vleugels uit naar Japan