Dit blijkt uit cijfers van de tweejaarlijkse Zelfstandigen Enquête Arbeid (ZEA) van TNO en het CBS.
Begin 2023 had 65 procent van de zzp’ers een financiële voorziening tegen het risico van arbeidsongeschiktheid. In 2021 was dat nog 63 procent en in 2019 was dat 59 procent. Steeds meer zelfstandig ondernemers dekken zich tegen dit financiële risico in door te sparen en/of te beleggen.
In de ZEA is aan bijna 7.000 zzp’ers gevraagd of zij iets hebben geregeld voor als zij eventueel arbeidsongeschikt zouden raken. Anders dan werknemers zijn zij niet verplicht verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid. In 2023 gaf 37 procent van de zelfstandig ondernemers zonder personeel aan zo nodig terug te kunnen vallen op spaargeld of beleggingen.
Dit is de meest genoemde, en sinds de meting vanaf 2019 de sterkst toegenomen getroffen voorziening. Ook sluiten steeds meer zzp’ers zich aan bij een schenkkring, zoals een broodfonds. Het aandeel dat zich via een arbeidsongeschiktheidsverzekering (AO-verzekering) tegen dit risico zegt in te dekken, is sinds 2019 vrijwel gelijk gebleven.
Voorziening
Zzp’ers die de financiële situatie van hun bedrijf als zeer goed beoordelen, hebben het vaakst een voorziening tegen het risico op arbeidsongeschiktheid (84 procent). Relatief vaak hebben zij spaargeld of beleggingen hiervoor gereserveerd (61 procent). Ook geven zij relatief vaak aan dat de waarde van hun woning het risico afdekt (23 procent).
Van hen die matig of slecht oordelen over de financiële situatie van hun bedrijf, is minder dan de helft ingedekt tegen het financiële risico bij arbeidsongeschiktheid. Wel geven zij vaker dan andere groepen aan een arbeidsongeschiktheidsverzekering te hebben via hun werk in loondienst (11 procent).
![](https://www.schildersvak.nl/wp-content/uploads/2023/07/image-1024x576.png)
Bekijk hier de eerste uitkomsten van de Zelfstandigen Enquête Arbeid (ZEA) 2023 in woord en beeld inclusief een overzichtstabel met de resultaten op nagenoeg alle uitgevraagde items.
De meeste zzp-ers zeggen alleen maar dat ze gespaard hebben. In werkelijkheid kunnen ze dan 3 maanden overbruggen. Maar bij langdurige ziekte hebben ze een probleem. Dan is zo’n verplichte AOV helemaal niet zo gek. En qua concurrentie ook eerlijk.
3 maanden..? Ook onderzoek gedaan?