Ga naar hoofdinhoud

Pilot met praktisch scholingstraject


Vakdocent Schilderen Gert-Jan Nijsse constateert dat de animo voor de opleiding specialist decoratieve en restauratieve technieken terugloopt. De oorzaak ligt, volgens hem, in de meer algemene vakken in het reguliere lesprogramma. Hij ontwikkelt nu een meer praktijkgericht opleidingstraject, waarvan een pilot in oktober moet gaan draaien.
Gert-Jan Nijsse is vakdocent Schilderen op het Zeeuwse ROC Scalda en op ROC West-Brabant, twee scholen voor middelbaar beroepsonderwijs en volwasseneneducatie. Hij verzorgt er onder andere praktijklessen voor leerlingen van de BBL-opleiding Specialist Schilderen-niveau 4 (decoratieve en restauratieve technieken) te Goes en Breda. Voorheen had deze leergang een stabiele bezetting van 6 tot 10 leerlingen per jaar, maar de laatste tijd loopt de belangstelling terug, constateert Nijsse. “Dit is het geval sinds voor het gehele mbo de vakken Nederlands, rekenen en burgerschapscompetenties in het lesprogramma zijn opgenomen. Een ministeriële eis die tot extra inspanningsverplichtingen van de cursist leidt. Voor een aantal cursisten is het zeker nuttig om ook die vakken ‘bij te spijkeren’, maar niet iedereen is daarvan gecharmeerd.”

Een cursist is bezig met de opbouw van bladgoud op staal.

Afhaken

Veel van zijn leerlingen die het niveau F3 voor Nederlands, rekenen en burgerschapscompetenties moeten volgen, vragen zich af wat de directe toegevoegde waarde van deze nieuwe vakken voor hen is, bemerkt Nijsse. “De enorme hoeveelheid tijd en aandacht die deze vakken vragen, staan haaks op de prioriteiten van de deelnemers.” Volgens Nijsse laten de gevolgen zich raden. “Verminderde motivatie en frustratie van het opleidingstraject. Na het behalen van niveau 3 zie ik veel mensen stoppen met hun opleiding, in plaats van – zoals voorheen – voor niveau 4 als follow-up te kiezen. Met name bij de avondopleiding haken mensen af.” Vanwege het teruglopende aantal cursisten heeft ROC Scalda zelfs besloten om per oktober a.s. te stoppen met het aanbieden van de opleiding Specialist Schilderen-Niveau 4.

 

Alternatief

Die leemte wordt echter opgevuld. Op verzoek van zijn werkgever werkt Nijsse nu, samen met mensen van ROCcontract, aan het opzetten van een alternatief opleidingstraject voor mensen die zich willen bekwamen in decoratieve en restauratieve schildertechnieken. “Ik liep al een tijdje rond met dergelijke plannen, maar het verzoek van ROC Scalda heeft dat proces versneld.” In oktober start op ROC Scalda (Goes) en het Radius College (Breda) een pilot van een jaar, waarin het opleidingstraject decoratieve en restauratieve technieken van Nijsse wordt beproefd. Aan de definitieve invulling hiervan wordt nu nog hard gewerkt. De Zeeuw wil mensen die geïnteresseerd zijn in decoratieve en restauratieve schildertechnieken een soort van ‘stempelkaart’ aanbieden voor een divers aanbod van cursussen. Hij richt zich op zowel beginners als gevorderden. “Dat betekent dat voor diegenen die het volledige niveau 4-programma willen volgen, hiertoe de mogelijkheid blijft. De focus in alle leergangen ligt volledig op de techniek en de praktische uitvoerbaarheid ervan. Relevante ondersteunende theorie wordt geïntegreerd.”

 

Kleurrijk

Te denken valt aan schakeltrajecten om kennis te krijgen van ondergronden en producten, cursussen over diverse vormen van decoreren, intensieve modules om te verdiepen en masterclasses van (buitenlandse) decoratie- en restauratiespecialisten. Nijsse heeft al een aantal medestanders gevonden om mee te doen en te denken. “De ruimte die ik krijg binnen het scholenveld en van kenniscentrum Savantis, stemt me positief. Daarbinnen kunnen namelijk mijn eigen vaardigheden op gebied van techniek en praktijk worden gekoppeld aan het apparaat dat in huis is om zaken te onderzoeken en uit te zetten, zoals werving, promotie, marketing en overige ondersteuning, zodat we een kleurrijk opleidingsmodel kunnen ontwikkelen en uitvoeren.”

Breed

Met zijn cursusprogramma richt Nijsse zich niet uitsluitend op werknemers uit de schilderbedrijfstak, maar ook op mensen uit bijvoorbeeld de hout- en meubelsector. “Vanuit die hoek merk ik een toenemende interesse voor decoratief en restauratief schilderwerk. Ook hobbyisten mogen deelnemen. Wellicht kunnen ook zij zo doorgroeien tot vakspecialisten.” In de alliantie tussen een aantal ROC’s, is er voldoende potentieel om regiobreed een groep cursisten te formeren, gelooft Nijsse. “Het toewerken naar een Savantis branche-certificaat door een mooi portfolio te ontwikkelen en een proeve van bekwaamheid te doorstaan, moet de deelnemers straks een stuk erkenning geven.” Als de pilot een succes wordt, hoopt Nijsse zijn opleidingstraject ook in andere regio’s te kunnen uitrollen.

Specialisme

Nijsse is ervan overtuigd dat dit nieuwe opleidingstraject schildersbedrijven veel te bieden heeft. “Vaak besteden allround schildersbedrijven nu decoratief en restauratief werk uit aan derden, maar ze kunnen dit werk ook zelf uitvoeren als zij enkele van hun werknemers hierin laten scholen. We merken dat het enthousiasme voor het doorleren er zeker nog is. In jezelf investeren, wordt steeds belangrijker in deze tijd van recessie. Je kunt jezelf onderscheiden met een specialisme.” Hij hoopt dat zijn opleidingstraject organisatorisch zo snel mogelijk in kannen en kruiken komt. “Ik kijk nu al uit naar de start van de pilot in oktober. Als vakdocent lijkt het me een uitdaging om samen met een aantal enthousiaste vakidioten structureel vorm te geven aan de creatieve en specialistische mogelijkheden met verf. Op verschillende niveaus. Met mijn opleidingstraject wil ik bestaande en nieuwe belangstellenden prikkelen om zich verder te ontwikkelen tot specialist decoratieve en restauratieve technieken.”


De Bouwpraktijk opent vestiging in Barendrecht

Onderhoudssubsidie-loket rijksmonumenten opent weer

Puts nieuwe topman van OTTO Work Force

Bijeenkomst over het archief als levensader voor restauraties

Bijna tweederde ondernemers bezorgd over zero-emissiezones