Na lange en moeizame onderhandelingen zijn werkgevers en werknemers in de afbouwsector (stukadoors, vloerenbedrijven, terazzobedrijven en wand- en plafondbedrijven) tot een principe-akkoord over de cao gekomen. Het O&O fonds blijft gehandhaafd en de werknemers krijgen in stappen 6,5 procent meer loon.
De cao die FNV Bouw, CNV Vakmensen en NOA overeen zijn gekomen geldt van 1 januari 2015 tot en met 31 december 2017.
De lonen stijgen in die drie jaar stapsgewijs met in totaal 6,5 procent: 1 procent per 1 september van dit jaar, 2,5 procent op 1 januari 2016, nog eens 2,5 procent op 1 januari 2017 en tenslotte 0,5 procent per 1 juli 2017.
Per 1 januari 2016 wordt bovendien de premie van de 55-min regeling verlaagd. Dit betekent dat werknemers nog eens ongeveer 1 procent meer nettoloon ontvangen.
Naleving cao
Verder gaat de afbouwsector zich aansluiten bij de invoering van een ID-pas voor bouwplaatspersoneel, die eerder deze maand in de ‘grote’ bouw-cao werd overeengekomen. Iedere werknemer, uitzendkracht en zzp’er die op een bouwplaats actief is, moet die pas kunnen laten zien.
Zzp’ers
Voor cao-naleving worden ook andere maatregelen genomen, vooral ten aanzien van zzp’ers en onderaanneming. Zo staat er een heldere zzp-definitie in de cao en komt er een modelovereenkomst voor zzp’ers.
Duurzame inzetbaarheid
De seniorendagen worden afgeschaft, met een overgangsregeling voor werkenemers van 55 jaar en ouder. Daarvoor in de plaats krijgt iedere werknemer tenminste eenmaal in de vijf jaar recht op een loopbaanadvies. Het advies kan bijvoorbeeld leiden tot aanpassing van het werkpakket of de arbeidsduur van de werknemer of tot een traject naar ander werk.
Andere afspraken
Ook worden de werktijden flexibeler. Een werknemer in de afbouw werkt standaard 7,5 uur per dag. Als de bedrijfssituatie daarom vraagt en het personeel instemt, mogen die uren nu worden ingepland tussen 6.00 uur en 20.00 uur. Voorheen was dit tussen 6.00 en 18.00 uur. De reiskosten- en reisurenregelingen worden versoberd.
Opheffing bedrijfstakfondsen
Er zijn besparingen gevonden in de bedrijfstakeigen regelingen. Zo wordt het Vakantiefonds met ingang van 2016 opgeheven. De individuele werkgever betaalt in het vervolg zelf de vakantietoeslag en het loon over verlofdagen. Ook het Aanvullingsfonds Werknemersverzekeringen houdt per 2016 op te bestaan, en de aanvullende WW-uitkering verdwijnt. De overige regelingen worden ondergebracht bij het enig overgebleven fonds: het Opleiding- en Ontwikkelingsfonds (O&O-fonds) van de sector.