Niet alleen je kwast, steiger en spuitapparatuur zijn belangrijke gereedschappen, ook je bedrijfswagen is een verlengstuk van je bedrijfsvoering. Bij aanschaf of vervanging ga je dus niet over één nachtje ijs. Waar let je nu op bij de aanschaf van een nieuwe of gebruikte bus?
Allereerst let je natuurlijk op je bestedingsruimte. En daarbij dringt zich onmiddellijk de volgende vraag op: wordt het een nieuwe of een tweedehands bedrijfswagen? Je kunt je aankoop namelijk zo gek maken als je wilt, variërend van een nette prima kleine occasion voor een paar duizend euro, via een jonge grotere occasion van om en nabij de 10.000-15.000 euro tot een nieuwe met heel wat toeters en bellen voor het slordige bedrag van rond de 50.000 euro. Maar beschik je over het geld en wil je dat liever reserveren voor een andere investering in je schildersbedrijf dan is lease wellicht een optie. Bij lease betaal je een vast maandbedrag voor het gebruik van de bedrijfsauto. Bij full operational lease zijn de wegenbelasting, verzekering, reparaties, banden en onderhoud bij dat maandbedrag inbegrepen, de brandstof vanzelfsprekend niet.
Brandstof en milieu
Een andere afweging is het soort brandstof. Die keuze zal zeker afhangen van het actieradius van je schildersbedrijf. Draai je je hand niet om voor een opdracht naar de andere kant van Nederland te rijden of beperk je je werkgebied meestal tot een straal van 20 kilometer rond je woonplaats? Probeer dus in te schatten hoeveel kilometer op jaarbasis je rijd. Gaat dat een bepaald kilometrage te boven, afhankelijk van hoe dorstig je auto is en hoeveel wegenbelasting je voor een lichtere of zwaardere bedrijfswagen moet betalen, dan wordt het in de regel een diesel. Die zijn in aanschaf duurder dan een (kleine) bedrijfswagen die op benzine rijdt. Bovendien kan een diesel doorgaans meer kilometers aan en heeft daardoor een hogere levensduur wat de gemiddelde afschrijving per maand weer stevig kan drukken. En vergeet de toekomst van elektrische auto’s en die op groengas rijden niet. In een volgend artikelen komen we nog uitgebreid terug op de vele fiscale aspecten van nieuw versus tweedehands, benzine dan wel diesel en wat de voor- en nadelen van het leasen van een bedrijfswagen zijn.
Opdrachtgevers, zowel woningcorporaties, instellingen, als particuliere opdrachtgevers, stellen het in toenemende mate op prijs wanneer je je als ondernemer profileert die duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen hoog in het vaandel heeft. Predik je de toepassingen van lijnolieverven, maar kom je met een pruttelende diesel zonder roetfilter voorrijden dan maakt dat geen goed sier. Bovendien kom je met oudere bestelwagens van voor 2001 het centrum van Utrecht al niet meer in zonder een fikse bekeuring te krijgen en na 1 januari 2016 is Rotterdam een ‘no go zone’ voor diesels van voor 2001. Dat geldt twee jaar later al voor diesels ouder dan 1 januari 2005. Nieuwe steden zullen waarschijnlijk volgen. Bij de aanschaf van een bedrijfswagen kun je dus bij uitstek laten zien dat je het goed voor hebt met onze planeet, nu en in de toekomst. En daar hangt een prijskaartje aan, een onzeker prijskaartje. De gesubsidieerde aanschaf van milieuvriendelijke auto’s staat zwaar onder druk en het is nog niet in detail bekend hoe zachtmoedig de fiscus in 2016 en 2017 alle milieuvriendelijke initiatieven nog wil belonen. Maar het kan ook anders. Sommige bedrijven schakelen, waar mogelijk, over op elektrische auto’s en/of op bedrijfswagens op groengas. Daar hangt in de regel een prijskaartje aan en de eventuele ongemakken van schaarse tankmogelijkheden en oplaadpalen. Het is in ieder geval een bewuste keuze voor een beter milieu, en ook een keuze voor een milieubewuste doelgroep. En wat te denken van zzp’ers die hun betrokkenheid met het milieu benadrukken door met een fiets met mand of met een degelijke bakfiets voor te komen rijden. Want hoeveel heb je nou helemaal nodig voor een schildersklus? Aanmerkelijk goedkoper dan gemotoriseerd vervoer. Het verdient sympathie zoals blijkt uit het artikel in een van de volgende uitgaven.
Toeters en bellen
Het verstand laten overheersen bij de aanschaf van een bedrijfsauto is, het woord zegt het al, is wel zo verstandig, maar ‘jongens’ houden nu eenmaal van auto’s en dan voert de emotionele drijfveer wel eens de boventoon. Een zzp’er die in de directe omgeving zijn particuliere klanten bezoekt kan het misschien heel goed af met een relatief kleine Volkswagen Caddy, Renault Kangoo, Peugeot Partner of goedkoper, een Dacia Logan, eventueel aangevuld met een aanhanger voor de rolsteiger. Ladder op het dak en klaar is Kees. En wat te denken van iets groters, een MB Citan of MB Vito, een Renault Trafic, Ford Transit, Fiat Scudo of een Hyundai H1. Daar hoort natuurlijk een trekhaak bij, eventueel een glasrasteel en een imperial voor de ladder. En wat te denken van de bedrijfsinrichting. Ga je zelf iets in elkaar timmeren of wordt het een professioneel inrichting? Over de zinvolle en wenselijke aanvullingen zoals wageninrichting, aanhangers, imperials en rastelen zullen we in de volgende uitgaven van SchildersVakkrant berichten. Maar gaat comfort en luxe en wellicht het ego een woordje meespreken of zelfs de boventoon voeren, dan zijn de mogelijkheden onbeperkt. Mét of zonder airco, een grotere type wagen dan strikt noodzakelijk is, aluminium velgen, 200 of 400 cc’tjes meer, dat is nog redelijk te beargumenteren, maar V8-motoren, bullbars aan de voorzijde en zijkanten, ge-airbrushte vlammen op een paars metallic ondergrond behoren toch heel echt tot de categorie speciale wensen. Ga eens naar een van de SGA-beurzen. Je kunt het zo gek niet bedenken of je komt het daar op het parkeerterrein tegen. Om de hoogwerker te kunnen trekken, zo heet de verantwoording dan. Soms wel ja, maar meestal niet. Wie het kan en wil besteden, moet het vooral doen, maar realiseer je wel dat de klant je, terecht of niet, je ook beoordeelt op het soort voertuig waar je mee voor komt rijden. En realiseer je ook dat de restwaarde van een bedrijfswagen bij inruil doorgaans niet in verhouding staat met de oorspronkelijke meerkosten bij aanschaf van dezelfde bus. Probeer de aanschaf en aankleding van je bedrijfswagen daarom aan te passen aan wat je als ondernemer probeert uit te stralen. En dat komt lang niet altijd overeen met privéwensen.
De auto van Bas Burema
Zzp’er Bas Burema van het gelijknamige schildersbedrijf uit Geldrop, ook gewaardeerd blogger op Schildersvak.nl, columnist in deze krant en auteur van de artikelenreeks Burema op Bezoek, is er openhartig over toen hij zo’n twee jaar geleden op zoek was naar een andere bedrijfswagen : ‘Ik wil een schildersbus die bij me past. Dus voordat ik over strikt zakelijke dingen nadacht, wist ik al voor een deel wat ik niet wilde. Ik zal wel mensen voor het hoofd stoten, maar voor mij geen Mercedes Vito. Daar rijden naar mijn idee teveel ‘cowboys’ in rond. Ook geen Opel, daar heb ik een hekel aan, puur gevoelsmatig. En dat, terwijl ik privé een Opel rijd. Hoe krom kan het zijn; niet beredeneerd, maar zo werkt dat nu eenmaal.’ Burema’s vorige bus was een Hyundai H100. ‘Die was helemaal op. Tijd voor een nieuwe dus. Bij voorkeur een heel goede tweedehandse.’ Al googlende stroopt Burema de bedrijfswagensites af en komt op AutoTrack een jonge Fiat Scudo (foto) tegen. ‘Die auto, van oorsprong een leasewagen, was vanwege een faillissement van een schildersbedrijf verplicht ingeleverd. De zo goed als nieuwe schildersbus beschikte al over een complete bedrijfswageninrichting voor schilders. Ideaal. Al met al voor ongeveer de helft van de oorspronkelijke nieuwwaarde.’ Was zijn oude Hyundai nog erg windgevoelig, de ‘nieuwe’ Scudo heeft daar geen last van. ‘Op een gegeven moment weet je niet beter totdat je iets anders ervaart. Deze wagen rijdt als een personenwagen. Daar bedoel ik niet mee dat ik ‘m ook privé rijd. Daar heb ik dan weer mijn Opel voor.’