Roerige tijden voor Francesco van Ooyen, de kersverse voorzitter van Onderhoud NL Glas. Afgelopen zomer keurde de eigen algemene ledenvergadering een nieuw actieplan voor de leden goed. Enkele maanden geleden stapte bijna het volledige bestuur op. Behalve Van Ooyen, al 12 jaar bestuurslid. Na zijn benoeming tot voorzitter en na een zoektocht naar nieuwe bestuursleden is het nu zaak om het actieplan te presenteren en ten uitvoer te brengen.
Kwestie van de stoelen opnieuw bezetten en doorgaan op de ingeslagen weg?
‘Nee, was het maar zo makkelijk. In het oude bestuur zaten zwaargewichten, mensen met veel kennis en ervaring in de glaswereld. We wilden niet voor minder gaan. Alleen ik , directeur van Glashandel van Ooyen in Landgraaf, was overgebleven. Met Sylvia Pauw van Glasbedrijf De Jonge en Zn in Zwolle en Rob Buijs, van Buijs Glas in Utrecht, menen we die gevonden te hebben. En we zijn in gesprek met nog een jonge, enthousiaste ondernemer. Als glasdeskundige zal Martin Krul ons vanwege zijn pensioen helaas verlaten, maar dat verlies kunnen we gelukkig compenseren met de komst van Roman Abrahams (voormalig Kenniscentrum Glas, GBO, Pilkington en tegenwoordig Peutz Geveltechniek). Met hem halen we veel kennis en kunde in huis op het gebied van normering, techniek en onderwijs. Met dit bestuur, aangevuld met Fulco de Vente, sectormanager Glas van Onderhoud NL, gaan we nu verder.’
Terug naar dat actieplan. Waar praten we dan over?
‘Over opleiding en scholing, over imagoverbetering, over aansluiting bij OnderhoudNL Garantie, over technische normen, over een nieuwe sectie Glas-in-lood, en ook over flexibilisering van de cao en over het versterken van de ict-graad. Dat soort zaken.’
Dat lijkt op een rijtje ‘open deuren’…
‘Nou, dat ligt heel wat genuanceerder. Voor de zomer zijn we met glasbedrijven gaan praten en zijn we helemaal terug naar de basis gegaan. De kernvraag was: wat kan onze sectorvereniging voor glasbedrijven betekenen? En dat hebben we niet alleen aan de eigen leden gevraagd, maar ook aan GBO-leden en aan niet-aangesloten glasbedrijven. Dan krijg je ook te horen waarom sommige bedrijven geen lid zijn of willen worden, bij gelijkblijvend beleid. Uit die bijeenkomsten kwam heel waardevolle informatie: van en voor de glasbedrijven.’
Ook voor GBO-leden?
‘Waarom niet. We overleggen veel en dat blijven we doen. Als het aan mij ligt nog veel meer. Onze vereniging bestaat hoofdzakelijk uit schilder- en glasbedrijven, glaszetters en glasherstellers; het GBO veelal uit glasproducenten en glasveredelaars. We hebben veel gemeenschappelijke belangen. Ik zou het toejuichen als we ooit één club zouden kunnen zijn om al die belangen te kunnen verenigen. Wie weet.’
Die actiepunten. Waarom nu? Die had je 5 jaar geleden net zo goed kunnen introduceren…
‘Eigenlijk niet. De tijd was er niet naar. Tijdens de hoogtijdagen, de tijd van enorme groei, ik praat dan over de tachtiger en negentiger jaren, was glaszetten niet zo’n spannend beroep. Langzamerhand is glas steeds meer een technisch product geworden. Daarna kwam de crisis en moesten we alle zeilen bijzetten om ons naar opdrachtgevers te onderscheiden. De focus lag op arbo, op de concurrentie met de beunhazerij en je was blij dat je je personeel überhaupt aan het werk kon houden. Ook was het voor glasbedrijven niet logisch dat wij in een ‘verf- en schildersclub ‘ waren ondergebracht. Door ons nu als Onderhoud NL Glas te profileren, begrijpen de leden beter dat we hun belangen behartigen; zeker nu de markt aantrekt.’
Klinkt mooi, vertaal dat eens naar de praktijk…
‘Bijvoorbeeld, het onderwerp “verbetering imago”. Dat is onlosmakelijk verbonden met het actiepunt “opleiding en scholing”. Het is toch totaal gestoord dat het schilderonderwijs slechts mondjesmaat aandacht besteedt aan glas? Sterker nog, er bestaat in Nederland geen BOL-opleiding tot glaszetter. Potentiële glaszetters krijgen de kans niet eens om er warm voor te lopen. Terwijl onze ervaring leert dat glaszetters, eenmaal vakvolwassen, veel meer dan schilders dat doen, altijd glaszetter blijven. Het is een technisch vak dat je pakt. Het beroep moet dan ook veel beter zichtbaar worden, toegankelijker.’
En de oplossing is….
‘Hapklare brokken liggen niet klaar. We moeten ons als sector dus vooral nú proactief opstellen, de boel in beweging krijgen. We zullen actief op de opleidingen afstappen met voorstellen om het glasonderwijs meer inhoud te geven. En daar kunnen we met de contacten van Onderhoud NL dankbaar gebruik van maken. In Duitsland, in Rheinbach, bestaat een prachtige vakopleiding. Om jaloers op te zijn. Dat moet in Nederland toch ook kunnen? Dat is goed voor de totale onderhoudssector, voor de glassector en ook voor de opleidingen. Door met de bestaande scholen gesprekken aan te gaan, middelen ter beschikking stellen, het beroep invulling te geven, door ervaren glaszetters als instructeur aan te stellen. Je moet een begin maken. Als een leerling nu voor glas wil kiezen heeft hij niets te kiezen. Want wil een doortastende leerling per se glaszetter worden, dan moet hij zich nu eerst door het schildersvak worstelen om zich gediplomeerd glaszetter te kunnen noemen. Dat is toch van de zotte! Het moet mogelijk zijn dat onderwijsinstellingen daar samen met GBO en Onderhoud NL warm voor lopen. De tijd is er nu rijp voor. Ons actieplan heet niet voor niets “Gewoon Doen”.’
En die aansluiting bij OnderhoudNL Garantie? Moet elk Onderhoud NL Glas-lid zich daar nu bij aansluiten?
‘Dat is onze insteek, ja. We willen glasbedrijven duidelijk maken dat we als belangenbehartiger onze leden meerwaarde voor hun ondernemerschap bieden. Omgekeerd eisen we kwaliteitsgaranties van de ondernemer. Ben je als glashandel Onderhoud NL Glas-lid, dan hoort daar straks het label Onderhoud NL Garantie bij. En nee, dat is niet gratis; daar hoort een gepaste contributie bij. Je doet er als ondernemer absoluut je voordeel mee.’
Foto:
Francesco van Ooyen: ‘Glasbedrijven duidelijk maken dat we als belangenbehartiger onze leden meerwaarde voor hun ondernemerschap bieden’
Foto: HvG