In afwijking van vorige jaren is er in oktober en november geen ‘sprong’ waarneembaar in het gemiddelde loon dat aan de Nederlandse schilders werd uitbetaald. Ook de bezettingsgraad bleef min of meer gelijk. De loonsprong van de laatste jaren, die steeds afvlakte na de jaarwisseling, werd steeds toegeschreven aan opleverpremies en andere uitbetalingen bij het beëindigen van projecten en/of dienstverbanden.
Nu het loon op ongeveer hetzelfde niveau blijft en ook de bezettingsgraad geen schommeling te zien geeft, is het aannemelijk dat schilderend Nederland in ieder geval in oktober en november 2015 nog volop doorwerkte. Het maakt de getallen over december en januari des te spannender: blijft hetzelfde aantal schilders in dienst in 2016, of komen de ontslagen en daarmee de salarispiek gewoon wat later.
Daarbij komt de vraag hoe hoog die piek dan zal zijn, want van de betaling van de relatief nieuwe transitiekosten zou dan ook iets in het gemiddeld looncijfer, afkomstig van het CBBS, te zien moeten zijn.