Faber biedt vakmensen het hele jaar rond inkomenszekerheid
De nieuwe ‘Wet arbeidsmarkt in balans’ (WAB) heeft als doel om vast werk aantrekkelijker te maken. Om dat te bereiken, wordt de kloof tussen flexibele en vaste arbeidsovereenkomsten verkleind. “Flex wordt minder flex en vast wordt minder vast”, vat Hylke van der Veen, de nieuwe algemeen directeur van Faber het in één zin samen. Zo worden onder meer het ontslagrecht, de transitievergoeding, de WW-premie en de ketenregeling aangepast (zie kader). Sceptici verwachten vóór 1 januari 2020 zelfs een kleine ontslaggolf van mensen met een contract voor bepaalde tijd.
De effecten van de WAB treffen met name een seizoengevoelige sector als de schildersbranche, waar vakmensen in de zomer keihard aan het werk zijn, maar in de winter vaak in de WW moeten omdat het weer het niet toelaat om buiten te schilderen. Het is ook een branche die veel gebruikmaakt van uitzendconstructies en flexcontracten.
Vast contract
Net als alle andere werkgevers wordt Faber per 1 januari 2020 geconfronteerd met de WAB. Uitvloeisel is dat bepaalde tijd contracten duurder worden. Voor uitzenders is het echter in de meeste gevallen niet mogelijk om een ‘onbepaalde tijd contract’ te geven omdat zij er juist zijn om flexibiliteit te bieden richting haar opdrachtgevers. “Het gevolg is dat uitzenders die per 1 januari gebruik blijven maken van de duurdere flexcontracten de tarieven gaan verhogen met gemiddeld 8 tot 10 procent”, weet Jeroen de Roon, projectleider WAB en Inkomenszekerheid bij Faber.
De Roon en Van der Veen leggen uit dat hun uitzendorganisatie voor een andere strategie kiest. “Wij willen de helft van onze vakmensen een contract voor onbepaalde tijd aanbieden. Daarmee geven wij onze vakmensen het gehele jaar werk- en inkomenszekerheid. Tevens houden we hiermee de tarieven beheersbaar voor onze opdrachtgevers. Hoe we dat doen? We gaan onze vakmensen omscholen, bieden de mogelijkheid om zich breder te bekwamen. Komende winter start een basisopleiding tot beginnend installatiemonteur. Wanneer er bij het schildersbedrijf onvoldoende werk is, kunnen ze na deze verkorte praktische opleiding in de winter aan de slag in de installatietechniek.”
Samenwerking Cottus
Deze samenwerking is mogelijk omdat Faber deel uitmaakt van de The Employment Group, waar sinds augustus ook Cottus onder valt. Cottus is specialist op het gebied van technische dienstverlening. Van der Veen: “Een ideale partner. Het is een serieuze speler bij het bieden van leerwerktrajecten, via eigen vakscholen, voor de installatietechniek. Een goed vakman is altijd schaars. De technische sector heeft momenteel een schreeuwend tekort aan vakmensen en wil onze schilders, die reeds bekend zijn met de bouw, in de wintermaanden graag tijdelijk toevoegen aan hun werknemersbestand.”De Roon: “Faber wil een thuisbasis zijn voor goede vakmensen. Die proberen we aan ons te binden. Daar geven we met deze aanpak een extra impuls aan. Elk jaar doen onze schilders meer ervaring op. Ze worden breder inzetbaar en kunnen het gehele jaar blijven werken. Ze hoeven dus niet meer gebruik te maken van de WW. Vandaar onze slogan: WW wordt WinterWerk!”
Faber Werkzekerheidscontract
Een vast contract betekent rechten en plichten. Die worden vastgelegd in het Faber Werkzekerheidscontract. Persoonlijke ontwikkeling staat centraal. De voorwaarden zijn: de bereidheid om een ander vak te leren en in de wintermaanden aan de slag te gaan in de installatietechniek. Daarnaast moet een werknemer in de winter minimaal acht weken beschikbaar zijn als installateur, anders is de toegevoegde waarde voor Cottus te gering. Men blijft gewoon in dienst bij Faber, dus de arbeidsvoorwaarden zijn goed geregeld en men bouwt over het hele jaar pensioen op.
Er zijn straks twee ‘smaken’ om door te werken in de winter, legt De Roon uit: “Wie er langer uit is (meer dan 8 weken) kan aan de slag bij Cottus als installateur. Wie korter de schilderskwast moet neerleggen, bijvoorbeeld een maand, kan toch op een contract voor onbepaalde tijd in dienst worden genomen, maar spaart dan in het hoogseizoen uren, zodat men in de winter een paar weken betaald verlof kan opnemen.”
Momenteel heeft ongeveer 20 procent van de 1.400 schilders die voor Faber aan het werk zijn een dienstverband voor onbepaalde tijd. Dat wil men opvoeren naar 50 procent. De Roon: “Bij een dergelijk aandeel hoeven we de gevolgen van de WAB niet door te berekenen in onze tarieven. We hanteren straks twee uitzendtarieven: werknemers met een contract voor onbepaalde tijd worden goedkoper, inlenen van werknemers met een contract voor bepaalde tijd kent het iets duurdere ‘flextarief’.”
‘Dit durven wij’
Van der Veen: “Uitzenden blijft, ook onder de nieuwe wetgeving, de meest flexibele vorm van arbeidsinzet. Faber is op dat gebied dominant in de schildersmarkt. Wij verstaan het spel van alloceren en re-alloceren van vakkrachten. Dat deden we en blijven we doen. Alleen putten we daarbij voor een groot deel uit een bestand van medewerkers die bij ons in vaste dienst zijn. In die zin worden we nog meer ‘werkgever’. Dit durven wij. Het moet raar gaan als wij met deze propositie niet verder kunnen groeien. Deze club mensen wordt namelijk elk jaar beter.”
Hylke van der Veen
Per 1 oktober 2019 is Hylke van der Veen (53) aangesteld als algemeen directer bij Faber, de uitzendspecialist van vakkrachten in de bouw- en schildersbranche. Daarmee komt hij, na een kort uitstapje in de voetbalwereld als commercieel directeur bij SC Heerenveen, weer terug in de uitzendbranche die hij zo goed kent. “Ik wilde totaal wat anders doen. Echter, voetbal is een mooie sport en Heerenveen een geweldig merk, maar de voetbalwereld bleek toch niet mijn gedroomde werkomgeving te zijn.” Detachering is de constante in zijn loopbaan. Zo is Van der Veen bijna zes jaar algemeen directeur geweest van AB Vakwerk (coöperatieve specialist op het gebied van arbeidsbemiddeling in Noord-Holland en Friesland) en daarvoor was hij bijna achttien jaar werkzaam voor Randstad, onder andere als regiodirecteur in het noorden van het land. De functie van algemeen directeur bij Faber past hem dus als een jas.
Van der Veen: “Dit metier ligt me. Werk is belangrijk voor mensen, heeft impact en bepaalt voor een deel wie je bent. Ik wilde zeker niet naar een generieke uitzender, want die krijgen het in de toekomst moeilijk. Voorts heb ik iets met ambacht en vakmensen. Dit alles vind ik bij Faber, overigens een Latijnse jongensnaam die ‘vakman’ betekent. De holding die erboven hangt, richt zich met haar merken louter op professionals en vakmensen die kennis of vakmanschap te gelde maken. Dat is het goud van de toekomst.”
Wet arbeidsmarkt in balans
Er verandert nogal wat in het arbeidsrecht per 1 januari 2020 als de ‘Wet arbeidsmarkt in balans’ (WAB) van kracht wordt. De ontslagvergoeding gaat bijvoorbeeld op de schop en ook de rol van het ‘dossier’ bij ontslag verandert, net als die van de verzamelontslaggrond. Tijdelijke contracten kunnen een stuk duurder uitvallen en de termijn voor verlenging wijzigt. De WW-premies van tijdelijke contracten stijgen flink en ook oproepkrachten kunnen duurder worden.
Ontslagrecht
Met de invoering van de WAB krijgen werknemers al vanaf de eerste dag recht op een transitievergoeding (ontslagvergoeding); óók tijdens de proeftijd. De wachttijd van 24 maanden komt te vervallen en hierdoor is de duur van de arbeidsovereenkomst niet meer bepalend voor het recht op een transitievergoeding. Tevens kan de kantonrechter in de toekomst ontslag verlenen op basis van een combinatie van redenen. Daartegenover staat dat de kantonrechter ter compensatie de werknemer een extra vergoeding kan toekennen. Deze vergoeding komt bovenop de transitievergoeding en bedraagt maximaal de helft van de transitievergoeding waar de werknemer recht op heeft.
WW-premiedifferentiatie
Om het aanbieden van een vast contract aantrekkelijker te maken, wordt de WW-premie voor vaste contracten lager vastgesteld en voor tijdelijke contracten juist hoger. Hierdoor worden flexcontracten duurder ten opzichte van de huidige situatie.
Ketenregeling
In de WAB wordt de ketenregeling – die eerder door de Wet werk en zekerheid (Wwz) was beperkt – weer uitgebreid. Zo wordt de opeenvolging van tijdelijke contracten verruimd. Nu is het mogelijk om aansluitend drie tijdelijke contracten in twee jaar aan te gaan. Met ingang van de WAB wordt dit wederom drie jaar. Na drie jaar of bij de vierde overeenkomst ontstaat een dienstverband voor onbepaalde tijd.