Dat Cloïn (51) een eigen kijk heeft op het ambacht, is na een ochtend met hem op pad te zijn geweest wel duidelijk. Met ervaring in de militaire vliegtuigspuiterijen van Woensdrecht op zak, nam hij rond de eeuwwisseling het schildersbedrijf over van zijn vader Ad. Op één voorwaarde: ‘Ik wilde mijn eigen stempel kunnen drukken. Mijn vader was niet gespecialiseerd in restauratiewerk en ik wilde wel die kant op. Omdat het bij die tak van het vak meer dan bij andere disciplines draait om visie, kwaliteit en kunde. Daarna pas gaat het over geld. Mijn passie ligt bij zaken als kleuronderzoek doen en -advies geven en meedenken over het beste verfsysteem.’
Dat is wijd en zijd bekend in en rond Bergen op Zoom, gelegen in de zuidwestelijke hoek van Noord-Brabant. Daar waar Brabant Zeeland kust, zoals ze in de garnizoensstad – halverwege de achttiende eeuw belegerd door de Fransen – liefkozend zeggen. Cloïn Schilderwerken kan er rekenen op een constante stroom aan opdrachten. Zoals het oude stadhuis, voor de gemeente, die het monument enkel nog gebruikt voor huwelijksceremonies, raadsvergaderingen en ontvangsten van de burgemeester. Na een onderhandse aanbesteding met drie kanshebbers, kreeg Cloïn de klus. ‘En we zijn tot nu toe zeer tevreden’, zegt projectleider René van den Heuvel. ‘Niet alleen over het schilderwerk, maar ook over de logistiek. De overlast is geminimaliseerd.’
![](https://www.schildersvak.nl/wp-content/uploads/2021/01/links-1024x768.jpg)
FOTO’S: RV
De Grote Markt, waaraan het oude stadhuis ligt, is zoals alle stadspleinen in Nederland een verlaten gebied in lockdowntijd. Voor Cloïn de ideale gelegenheid er met de hoogwerker aan de slag te gaan. ‘Tegelijkertijd hebben we het restaurant in de kelder aangepakt.’ Maar een groot deel van de onderhoudsbeurt aan de voorgevel gebeurt in de werkplaats aan de Noordsingel, op steenworp afstand van het centrum. Cloïn wijst op een bouwtekening waarop alle gedemonteerde ramen en de geprofileerde zandloperluiken zijn genummerd. ‘In totaal behandelen we 23 luiken en 82 ramen. Ter vervanging bevestigen we tijdelijk houten platen in het oude stadhuis. Door de nummering weten we precies welk onderdeel op welke plek terug moet. Anders wordt het één grote puzzel en daar hebben we geen zin in.’
Een deel van de voorgevel is rond 2005 voor het laatst geschilderd en dat was te zien. ‘Volle vuilniszakken met verfkrabsel kwamen eraf’, grijnst Cloïn. ‘De luiken aan de onderkant van het pand hebben we helemaal kaalgemaakt en drie keer opnieuw geschilderd.’ Dat was ook het geval bij een deur in de kleur rijtuiggroen, die inmiddels weer prachtig glanst. ‘Die deur had heel veel laagdikte en spanningen tussen de verschillende lagen. De oude verf zat er wel een millimeter dik op en moest helemaal gestript worden.’
![](https://www.schildersvak.nl/wp-content/uploads/2021/01/onder-optie-2-1024x693.jpg)
Wat betreft de ramen: ‘Die kijken we helemaal na, we maken de bronzen tochtstrips schoon, buigen deze opnieuw naar boven of vervangen ze. Dat is vanwege de isolatie. De bronzen tochtprofielen aan de onderkant halen we eraf, omdat bleek dat de onderdorpels waar ze op zaten gingen rotten. Daar moeten we nog een nieuw winddicht systeem voor bedenken. Verder vervangen we glas-in-lood waar nodig, schilderen we de roedes en zetten we de rozetjes opnieuw erop. Ja, er zit ook houtreparatie bij, maar dat is in verhouding maar weinig. Wél passen we deelvervanging toe.’ En vergulden, toch ook een van de wapens die Cloïn in huis heeft? ‘Hoefde nu niet. We hebben het bladgoud op de gevel gereinigd en de ornamenten overschilderd of geconserveerd met blanke lak.’
Cloïn werkt heel bewust met schilders in loondienst. Drie in totaal: Paul Henning, Harold Mulders en Stefan Konings, allemaal langer dan twintig jaar aan het bedrijf verbonden. En allemaal in bezit van het diploma restauratieschilder niveau 4. ‘Zij vormen een hecht team en kunnen, in tegenstelling tot zzp’ers en flexwerkers, de kwaliteit leveren die ik wens.’ Bij tijd en wijle verdiepen ze zich in vakliteratuur. Zoals bij een recente klus, waarbij ze een rode marmersoort moesten imiteren. ‘Dan gaan mijn mannen daar thuis over lezen en zelfs al even oefenen. Ik investeer in mijn mensen en zij investeren in mij. Dat moet van twee kanten komen en gelukkig gebeurt dat ook.’
Ook werkt hij geregeld met stagiairs van het SintLucas uit Boxtel, waar Cloïn ook zelf onderwijs genoot. ‘Vroeger ging het vak vaak door van vader op zoon, maar dat is nu veel minder zo. Bovendien is door het grote aantal zzp’ers de verhouding werkgever-werknemer veranderd. Veel ondernemers investeren weinig in hun personeel. Terwijl jonge mensen het vak graag oppakken.’ Neem alleen al de klus aan het oude stadhuis, uitgevoerd in het najaar en deze winter. Cloïn, met een knipoog: ‘Dat is meer dan even een kwast op en neer halen.’
Bekijk ook de video over dit project op SchildersVAKTV
![](https://www.schildersvak.nl/wp-content/uploads/2021/01/onder-1024x768.jpg)