De openbare overnamestrijd tussen de twee verffabrikanten duurde relatief kort. Het begon met een aanbieding van PPG aan de Finnen van ongeveer 1,2 miljard euro in december vorig jaar (het bod gaat aan de hand van een bepaald bedrag per aandeel). In januari liet AkzoNobel weten ook in Tikkurila geïnteresseerd te zijn. De Finnen behoren tot de belangrijkste Scandinavische verffabrikanten en hebben een erg goede positie in onder andere Rusland. AkzoNobel liet weten 1,4 miljard voor het bedrijf over te hebben.
Daarop kwam begin februari een tegenreactie van de Amerikanen: 1,5 miljard euro. Enkele dagen later laat AkzoNobel weten van verdere bieding af te zien. CEO Vanlancker laat in een internationaal persbericht weten dat dit het gevolg is van koele berekening: ‘Wij hebben heldere prioriteiten en criteria voor waar we ons geld op inzetten. Onder andere: is het een investering waardoor je kunt groeien? De aankoop van Tikkurila is voor ons (bij het eventueel verhogen van het bod, red.) niet meer aantrekkelijk als je het vergelijkt met andere mogelijkheden om onze waarde te verhogen.’
PPG benadrukte al eerder dat bij de overname meer baanzekerheid voor de medewerkers van Tikkurila zou zijn: PPG hoeft niet, zoals AkzoNobel, activiteiten af te stoten in dat deel van de wereld om aan concurrentieregels te voldoen en ook ligt het dus minder voor de hand dat bedrijfsdelen in elkaar geschoven zullen worden met gevolgen voor het personeel.