Een van de pronkstukken is de kamer-en-suite, versierd met bladgoud. Het huis is vernoemd naar architect en sierkunstenaar Jan de Quack (1864-1941), die er het pand ontwierp en er zelf met zijn vrouw en dochter woonde.
Tussen 1902 en 1904 onderging dit huis aan de Elandstraat 12 dankzij Quack een ware metamorfose. Hij had een grote voorliefde voor decoreren. Vandaar het hoge afwerkingsniveau van zijn huis door de toepassing van bladgoud, getamponneerd schilderwerk en eikenhout- en marmerimitaties.
Ieder vertrek in Huis De Quack is versierd. Zelfs de wc-deur van de dienstbode, het ijzeren rooster van de trapkast en de kozijnen in de keuken werden van eikenhoutimitaties voorzien. In een tijd dat veel huizen snel en seriematig tot stand kwamen – de ene na de andere uitbreidingswijk werd in Den Haag gebouwd – was het De Quack die een eigenzinnig en uniek huis creëerde met veel oog voor detail.
De huidige eigenaar, Hendrick de Keyser, opent Huis De Quack als Museumhuis nu dus voor het publiek en verhuurt het ook als overnachtingsplek. Met het – op gezette dagen – voor publiek toegankelijk maken van museumhuizen wil de vereniging een goed beeld geven hoe er van de 17e tot en met de 20e eeuw gewoond werd in Nederland. Fraaie staaltjes historisch behang- en schilderwerk zijn een belangrijk onderdeel van deze interieurs.
In de Museumhuizen worden bezoekers uitgenodigd om zich thuis te voelen. Je mag gaan zitten op de bank en in de laatjes van de kast kijken. Hier vind je geen bordjes met ‘niet aanraken’ of strenge suppoosten.
(Foto’s: Hendrick de Keyser/Arjan Bronkhorst)