Of Peter Voormeeren op de foto mag? Geen probleem, lacht de boer uit Terwolde, ‘maar heb je wel een breedbeeldcamera bij je dan?’ De bewoner van het pand Heegsestraat 10, idyllisch gelegen tussen de weilanden en tegen een wolkendecor waar Jacob van Ruisdael jaloers op zou zijn, is met het goede been uit bed gestapt. Ja, hij heeft zo een afspraak bij de tandarts, maar hij heeft het op deze plek beslist niet slecht. Zeker niet sinds zijn vriendin uit Ridderkerk bij hem is ingetrokken. Daar hoefde Yvon Jaspers niet eens aan te pas te komen.
![](https://www.schildersvak.nl/wp-content/uploads/2022/06/3-midden-1024x768.jpg)
‘Een beetje energie kan geen kwaad’, zegt hij na een ferme slok koffie, ‘want er komt weer een noeste werkweek aan.’ De schilders van De Weerd uit Epe hebben, op het moment van schrijven, nog twee van zulke weken voor de boeg bij de boerderijwoning. Zij behandelen het houtwerk en de plint van het pand nabij de IJssel. Ondertussen is Voormeeren druk met zijn melkveebedrijf, bestaande uit honderd koeien en zestig stuks ‘jongvee’ zoals kalveren.
Zandstralen
Tijdens het werk aan het witte huis jeuken de handen van schilder René van Weeghel uit Wapenveld. Hij zou zo graag de muren vol scheuren eens flink opkalefateren. ‘Mijn pa en ma, die hier nog steeds wonen, zijn hier in 1966 ingetrokken’, vertelt Voormeeren. ‘Zij hebben de muren laten zandstralen met wit cement-achtig spul. Ik weet ook niet wat dat precies is. Maar de aannemer heeft gezegd: dit moet je nooit meer schilderen. Dan zou je er alleen maar meer onderhoud aan krijgen.’ Hij haalt zijn sterke schouders nog maar eens op. ‘Ik weet ook niet wat wijs is, ik lul die lui maar na.’ Benny Bouwmeester, de andere schilder bij het pand, roept: ‘Maar de schilder zegt iets anders.’
![](https://www.schildersvak.nl/wp-content/uploads/2022/06/4-rechts-1024x768.jpg)
FOTO’S: RV
Dat witte cement-achtige spul waar de bewoner het over heeft, is volgens een buurman van twee boerderijen verderop stucwerk met granol. ‘Dat is een korrel die door het cement heen rolt en voor gaatjes en putjes zorgt in de muur’, zegt de man die anoniem wenst te blijven. Hij heeft zich eens verdiept in de historie – via onder meer het Kadaster – en rept van een eerste vermelding van De Heege, zoals de boerderij van Voormeeren heet, in 1642. Destijds nog onder de naam Ter Heege, schrijft de gemeente Voorst op haar website, die de eerste vermelding vastpint op 1648. De naam van de boerderij verwijst naar een locatie bij een haag of bosperceel. Of, in de woorden van de ijverige buurman: ‘De naam is afgeleid van heg, in dialect waarschijnlijk verbasterd tot “daar bie de hegge”.’
Spelregels
Het gemeentelijke monument is een zogeheten T-boerderij met een witgeschilderd voorhuis. Het linkerdeel van de voorgevel – met gewelfde kelders – is het oudst, de rechterkant is later bijgebouwd. Kortom: een beschermd gebouw met een eeuwenlange historie waar niet zomaar van alles aan gedaan mag worden. ‘Je moet je aan de spelregels houden’, beseft Voormeeren, die tegelijkertijd een vrijgevochten agrariër is die zich liever niet de wetten laat voorschrijven. ‘De vorige keer waren de ramen verrot. Wil je daar iets aan doen, dan moet je een bouwvergunning aanvragen. Terwijl er wezenlijk niets verandert. Een beetje kinderachtig.’
![](https://www.schildersvak.nl/wp-content/uploads/2022/06/6-rechtsonder-768x1024.jpg)
Is het niet de cultuurhistorie die de klus tot een uitdaging maakt, dan wel de natuur. ‘Bij de regenpijp zit een zwaluwnest’, zegt Bouwmeester. ‘Daar moeten we omheen schilderen.’ Hij wijst naar de goot aan de achterkant met nog een reeks van zulke nesten. Geen probleem om die te sparen voor de ervaren schilder met de vaste hand. De 63-jarige vakman is al sinds 1988 in dienst bij De Weerd (destijds nog Leerkes) en werkt nagenoeg altijd samen met Van Weeghel (52). Die werkt op zijn beurt sinds 1986 voor zijn huidige werkgever of een van de vorige eigenaren. ‘Doordat René en ik vaak samen op pad zijn, weet je precies wat je aan elkaar hebt.’
Mooier dan nieuwbouw
Kleine stukken houtrot hebben zij in Terwolde zelf gerepareerd. Voor de grote japen heeft Voormeeren timmerman Johannes van Essen uit Nijbroek opgetrommeld. ‘Een dag of twee zou hij bezig zijn, maar hij is de hele week druk geweest.’ Schuren, gronden en aflakken is ondertussen het devies voor de schilders. Een deel van de achttien luiken staat al in de grondverf, net als sommige kozijnen. Wat de muren betreft heeft Bouwmeester een gratis advies: ‘Je zou ze moeten sauzen. Als je dat doet, pakken de wanden namelijk veel minder vuil aan. Nu trekt alles erin. Een goede latex verzadigt de muur en dan blijft het smeer er als het ware op liggen. Maar wij snappen dat Peter de muren niet geschilderd wil hebben. Het is natuurlijk ook een kostenplaatje.’ Hoewel hij uitziet naar zijn pensioen, geniet Bouwmeester tussen de weilanden. ‘Dit is absoluut mooier dan nieuwbouw.’
![](https://www.schildersvak.nl/wp-content/uploads/2022/06/5-linksonder-768x1024.jpg)
Voormeeren zelf heeft een haat-liefdeverhouding met zijn “keet”. ‘Pa en ma zijn hier gekomen om te boeren. Zo’n ouwe hut krijg je er dan bij. Je verstookt je arm aan gas en hebt het nóg koud. Je hebt er veel meer onderhoud aan dan aan veel andere huizen. Dus het is niet alleen maar rozengeur en maneschijn. Hoewel: als ik hier aan kom rijden en ik kijk op die hut, dan heeft het ook wel weer wat.’ Lachend: ‘Maar van een afstandje is alles mooi.’ Daar haakt Van Weeghel op de enige juiste manier ad rem op in: ‘Straks is deze boerderij van dichtbij ook weer mooi.’
![](https://www.schildersvak.nl/wp-content/uploads/2022/06/1-boven-1024x768.jpg)