Schade aan houtachtig plaatmateriaal ontstaat vaak door onjuiste verwerking. Centrum Hout licht aannemers, vastgoedonderhoudsbedrijven en schilders graag voor en komt met richtlijnen voor het gebruik en de verwerking. De twee kernwoorden die ieder vastgoedonderhoudsbedrijf in zijn oren moet knopen? Dilateren en ventileren!
Het juiste materiaal kiezen
‘In het voorproces gaat nog al eens wat mis als het om houtachtig plaatmateriaal gaat’, zegt Erick de Munck, manager bij Centrum Hout. ‘Het hangt erg van de kennis en ervaring van de aannemer af of die tegen de architect ingaat en aandringt op ander materiaal. Bouwkundig onderlegde vastgoedonderhoudsbedrijven zullen dat zeker weten en tegensputteren, maar onwetende onderhoudsbedrijven die niet vaak gevelbekleding aanbrengen, misschien niet.’
Ook bij het bestellen van plaatmateriaal telt die materiaalkennis volgens De Munck. ‘Weet wat je koopt. Voor een paar duppies minder heb je vaak geen betere plaat. Luister daarom ook goed naar de leverancier van je materiaal.’
Verkeerde keuzes voor materialen leiden dus wel eens tot schades en claims, maar nog veel vaker zorgt een onjuiste verwerking voor narigheid.
![Hier is netjes een open voeg aangebracht op de hoek](https://www.schildersvak.nl/wp-content/uploads/2013/04/bwa003_plaat04-300x199.jpg)
een open voeg aangebracht op de hoek
Verwerking op de bouwplaats
Het goed verwerken van houtachtige plaatmaterialen begint al met de opslag. Tenzij het een project betreft waar perfect just-in-time wordt geleverd, zal een voorraad plaatmateriaal tijdelijk op de bouwlocatie moeten worden bewaard. Liefst in een container, maar in ieder geval droog en geventileerd. De Munck: ‘In de praktijk komt het voor dat de platen worden gelost op de bouw, de banden van de pakketten worden losgetrokken en de platen vervolgens zo de modder inschuiven.’ Gebruik daarom voor de opslag op de bouwplaats een pallet of balkjes en zorg bij meerdere pakketten dat de balkjes precies boven elkaar zitten. Dek het geheel desnoods af met een zeil dat goed ventileert.
Afwerking plaatmateriaal
Bij het pasmaken van plaatmateriaal is goed gereedschap logischerwijs van belang. Met het oog op de afwerking is het afronden van nieuw ontstane scherpe randen absolute noodzaak. ‘Dat wordt vaak niet goed gedaan, blijkt uit de schades’, zegt De Munck.
Een niet afgeronde hoek is gevoelig voor schade, vanwege een slechte kantendekking. Gaat het hout werken, dan scheurt de verflaag op dit punt als eerste en kan vocht in het hout dringen. Verfonthechting en delaminatie van de lagen in de plaat zijn dan een mogelijk gevolg. Als de aannemer de hoeken netjes afrondt, kan de verf gelijkmatig worden aangebracht en is de kans op schade beperkt.
Het belang van dilateren en ventileren
Bij het aanbrengen van gevelplaten zijn ventilatie en dilatatie dus van groot belang. Bij grote gevelprojecten gaat dit volgens De Munck vaak wel goed, juist omdat dit vaak specifieke projecten zijn waarbij de architect en/of vastgoedonderhoudsbedrijf goed voorwerk verricht en risico’s worden vermeden.
Het zijn juist vaak kleine projecten zoals de boeiboorden bij woningen waar het misgaat. De klassieke fout is dat de boeiboorden tegen elkaar aangezet worden. Dat wordt misschien gezien als mooi maar is zeker niet verstandig, omdat de kans groot is dat er vocht tussen de twee platen gaat zitten dat niet wegkan en de schilder er na een aantal jaar met de kwast niet meer bijkomt voor onderhoud. Verfonthechting en verdikkingen in de plaat door vochtopname zijn bekende gevolgen.
De vuistregel voor dilateren is om 10 mm ruimte te houden tussen twee platen. Dit geldt ook voor aansluitingen met kozijnen en ander bouwdelen. Daardoor heeft het hout de ruimte om te werken en kan de schilder zijn onderhoud plegen.
Het hoekdetail
Dilateren is ook van belang bij het hoekdetail. Twee platen in verstek tegen elkaar aan plaatsen is daarbij niet de manier. Ook hierbij moet een dilatatie worden gemaakt.
De meeste vastgoedonderhoudsbedrijven weten volgens De Munck best dat ze een gevel moeten ventileren, maar ook hierbij gaat het om details. Er zijn twee belangrijke aandachtspunten: de richting van het regelwerk en het open houden van de boven- en onderkant. Regelwerk – (liefst niet verslappen) minimaal 22mm of dikker – moet altijd verticaal worden aangebracht op de achterconstructie. In de praktijk plaatsen aannemers regels horizontaal, maar dan ventileert de gevel niet. Kan het niet anders, pas dan dubbel regelwerk toe, met horizontaal achterhout en daarop verticale regels, adviseert de richtlijn.
Openingen aan de onder- en bovenzijde zijn vaak te smal aangehouden en worden dikwijls ook nog eens dichtgekit door de verwerker. ‘Geheid dat je blaasjes op het plaatmateriaal krijgt. De eerste twee jaar is er vaak niets aan de hand, maar daarna komen dit soort schades al snel aan het licht’, aldus De Munck.