Voor veel schilders staat stralen voor extreem hoge druk, metaalconservering en rauwdouwwerk. ‘Dat is slechts een deel van de waarheid’, vertelt Sander van der Made, directeur van Gritco Equipment in Ridderkerk, producent van straalapparatuur. ‘De straaltechniek is behoorlijk verfijnd. Stralen van kwetsbare ondergronden zoals zandstenen gevels, monumenten, dus ook van houten oppervlakken is mogelijk. Als je maar weet wat je doet.’
Stralen is niets anders dan kinetische energieoverdracht waarmee roest, vervuiling of coating van een oppervlak ‘geslagen’ wordt. Om die techniek ook op een relatief zachte ondergrond als hout toe te passen, moet de applicateur wel een aantal parameters instellen om zo gecontroleerd mogelijk te kunnen werken.
‘Een klassieke straalketel is niet ontworpen voor het fijnere werk. Dan praat je over een hoge druk en een korrelgrootte van ½ tot 2mm. Ook is de druk tussentijds niet in te stellen. Kortom: veel kracht en herrie, meestal toegepast voor het verwijderen van roest of een walslaag’, aldus Van der Made. ‘Tegenwoordig kun je onder veel lagere druk, met een gereguleerde start- en stopinstelling en met een fijne straalkorrel meer kwetsbare ondergronden reinigen of ontdoen van een verflaag.’
De juiste korrelgrootte bij stralen op hout varieert van 0,05 tot 0,3mm, waarbij ook de hardheid van de korrel en ingestelde druk de parameters zijn om de juiste kinetische energie op het oppervlak over te brengen. Van der Made: ‘Ook glas, aluminium of rvs kun je zo ontdoen van een aanslag en/of vervuiling. Mits de ondergrond hard genoeg is. Daarmee geef ik ook direct de beperking van het stralen aan. De applicateur moet namelijk weten wat hij doet, moet geoefend zijn, zeker met een houten ondergrond. Met een te hard straalmiddel, te lang op één punt stralen of een te hoge druk, kun je een relatief zachte ondergrond als hout of een zachte steensoort beschadigen. Hout heeft namelijk door zijn nerfstructuur geen uniforme hardheid. Dus: hoe harder de houtsoort, hoe beter.’
Goede toepassingsmogelijkheden, ook op hout, ziet Van der Made bij het weghalen van graffiti, roetschade na brand en reinigen of kaal maken van grote egale oppervlakken zoals schuttingen, balken en geluidschermen langs snelwegen, maar ook een geprofileerde oude eiken deur. ‘Allemaal toepassingen waarbij schuren lastig of tijdrovend is en snelheid een belangrijke factor.’ Verschillende toegepaste middelen bij stralen op hout zijn glasgranulaat, olivine (magnesium ijzersilicaat), en vooral Armex, beter bekend als sodastralen (natriumbicarbonaat), ook wel de bakpoedermethode genoemd. ‘Hoewel stofdroog stralen mogelijk is, voeg je meestal iets van water toe om stofvorming te voorkomen. Het straalmiddel zelf vervuilt het milieu niet. Samen met verf is dat prima op te vangen en als vuil, niet eens als chemisch afval, af te voeren.’