De architectuur goed tot z’n recht laten komen, passend in de omgeving en naar tevredenheid van de bewoners. Het zijn voor Roelienke de Vries uit Zwolle de belangrijkste uitgangspunten voor een kleurontwerp voor corporatievastgoed. ‘Een gemiste kans als bij een renovatie niet goed over kleur nagedacht is.’
Veel flats zijn in de jaren vijftig of zestig gebouwd. Corporatievastgoed dat technisch gezien goed is, maar qua uitstraling contrasteert in een veranderende omgeving. ‘Er zijn geen keiharde cijfers, maar kleur en uitstraling doet vaak veel voor het woongenot. Het is zichtbaar en bepaalt voor een groot gedeelte het trotse gevoel over een woning’, vertelt kleurontwerpster Roelienke de Vries.
Zij ziet dat veel onderhoud aan vastgoed nu nog gefaseerd wordt uitgevoerd en de uitstraling dan wat “rommelig” kan worden. ‘Eigenlijk zonde, omdat corporaties vaak flink investeren in energiebepalende maatregelen, maar niet altijd kijken naar de mogelijkheden, op het gebied van kleur. Daar kun je ook verschil maken en is bovendien erg tastbaar voor de bewoners. Helemaal als met een renovatie ook nog met een verhoging van de huur gepaard gaat.’
“Als mensen vragen naar mijn vak, dan denken ze vaak dat het gaat om het aanbrengen van opvallende kleuren. Een blikvanger hoeft het echter niet altijd te worden. Alles heeft immers een kleur. Als je iets als mooi ervaart, dan zie je vaak niet bewust het kleurgebruik. Bovendien, als ieder gebouw een blikvanger is, dan word je gek. Felle kleuren passen soms erg goed, maar over het algemeen gaat het om de subtiele veranderingen, die het grootste verschil maken.’
De Vries gaat bij een opdracht meerdere keren ter plaatse kijken en neemt de verschillende indrukken op. Eerste uitgangspunt is de architectuur. In Groningen maakte ze een kleurontwerp voor appartementen aan vier straten. De woningen hebben balkons, die in de oorspronkelijke staat door de kleurkeuze als losse elementen aan het gebouw hingen. ‘Ik heb gekozen voor dezelfde kleur als de bakstenen, waardoor het allemaal meer één geheel wordt en een veel rustiger beeld geeft.’
Bij een andere project in Groningen wijzigde ze de kleur van de dakrand. Door te kiezen voor wit in plaats van donkergroen veranderde de sombere uitstraling rond de binnenplaats. ‘Een subtiel kleurverschil, maar omdat er al zo weinig zon is, zorgt zo’n lichte dakrand voor een meer prettiger leefomgeving.’ Om de gelaagdheid van het complex te accentueren voegde De Vries warme geeltinten toe en zorgde ze er voor dat die per verdieping een tintje donkerder werd. ‘De diepte in het gebouw komt zo beter tot z’n recht.’
Tweede pijler is voor De Vries de omgeving. In Oss maakte ze in opdracht van VVE een ontwerp voor hun gebouw. ‘De woningen stonden er al jaren, maar eigenlijk viel het niemand op. Terwijl aan de overkant een complex staat met een opvallende bouw en kleuren. Misschien wel iets te druk, maar ik heb die kleuren gedeeltelijk wel als uitgangspunt genomen voor mijn ontwerp. Alle elementen van het complex zijn geschilderd. De kolommen hebben de kleuren van de overzijde gekregen. Ondanks dat de kleuren deels hetzelfde zijn als aan de overkant, heeft het pand een eigen identiteit gekregen. Het straatbeeld is door de wijziging een stuk meer in evenwicht gekomen.’
De bomen in de omgeving zijn de basis geweest voor een kleurontwerp van een drietal flats in Emmen. ‘Ik stelde mezelf eerst de vraag wat er mooi is aan het gebouw. Mij viel vooral de omgeving op. Emmen is ruim opgezet. Aan de overkant van de straat is traditionele bebouwing. De kleuren van de flats passen daar eigenlijk helemaal niet bij. Ik wilde de gebouwen laten verdwijnen in de aanwezige natuur. Door te kiezen voor bruine kolommen vallen die eigenlijk weg tegen de stenen muren. Hierdoor beginnen ook de bomen meer op te vallen.’
Voor Roelienke de Vries zijn de bewoners misschien wel de belangrijkste factor in haar werk. ‘Als het mogelijk is, zit ik vooraf met de mensen, eventueel een afvaardiging, om tafel om te luisteren naar hun wensen. Vanuit opdrachtgevers wordt soms gedacht dat dit lastig is, maar hun betrokkenheid is voor mij van meerwaarde. Ook al zal niet altijd alle inbreng worden gebruikt. Het gevoel dat er wordt geluisterd is enorm belangrijk. Een kleurwijziging is immers voor de bewoners belangrijk.’ De Vries merkt dat veel corporaties daarin nog wel een stap kunnen maken. ‘De bewoners moeten het gevoel hebben dat het onderhoud “iets van hun” wordt, in plaats van een brief met de melding dat er een schildersbeurt aan zit te komen.’
De uitwerking van de opdracht voor het vinden van geschikte kleuren voor het stucwerk en de draaiende delen van vier flats in Kampen is in grote mate bepaald door de wens voor een chiquere uitstraling. ‘Voor de gevels koos ik een veel donkerdere kleur dan in de oude situatie. Het gebouw heeft een paarse gloed gekregen, overeenkomstig met het metselwerk aan de zijkanten van de flats. Ook is er meer aansluiting met de bebouwing aan de overzijde. De wijnrode kleur van de deuren is een zelfde tint als de kleur van de gevel, alleen een stuk feller. De groene ramen geven een fris accent.’
De sociale kant van het werken voor corporaties is ook min of meer ingegeven door de achtergrond van De Vries. Voordat ze als kleurontwerper aan de slag ging, rondde ze een opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening af. ‘In dat vakgebied, hoe boeiend het ook is, zat ik niet echt op mijn plek. Na enkele commerciële banen kwam uit een test naar voren dat ik iets creatief moest gaan doen. Zo kwam ik op een particuliere kleuropleiding terecht. Flats hebben mij altijd gefascineerd, omdat daar in mijn ogen met kleur veel verschil kan worden gemaakt.’
Jaren geleden benaderde ze corporaties en werd ze als kleurontwerper betrokken in een totaalplan voor onderhoud. ‘Het gaat om een wisselwerking, maar eigenlijk zijn al mijn ontwerpen in de praktijk als geheel uitgevoerd. Dat is in mijn ogen ook goed, omdat je bijvoorbeeld met de keuze voor andere zonwering ook een totaal andere uitstraling krijgt. Natuurlijk spreek je weleens met een schilder, die als uitvoerder aan de slag gaat. Er is dan bijvoorbeeld contact over materiaal dat niet in alle kleurnummers te krijgen is. Dat contact waardeer ik. Voor kleur geldt in alle gevallen, dat kleine verschillen een grote impact kunnen hebben.’
Foto’s:
Verspringende balkons in de appartementenflat Tweestromenveste in Zwolle hebben een oranje kleur, die bij die van de gevelstenen past
Foto: Alex J. de Haan
Meer over schilderen en coaten lezen? Bekijk onze categoriepagina.