De verffabriek is natuurlijk afhankelijk van zijn toeleveranciers. Als die een ingrediënt niet kunnen leveren of bijvoorbeeld door regelgeving van samenstelling verandert, heeft dat direct invloed op het eindproduct. Omdat de keten uit zoveel schakels bestaat, zijn kleine wijzigingen aan de orde van de dag. Dat is altijd al zo geweest en dat zal ook zo blijven. Het blikje S2U Nova Satin van twee jaar geleden is een klein beetje anders dan het blikje dat je nu koopt. Daarom hanteert een verffabriek ook duidelijk bepaalde bandbreedtes voor de kwaliteitscontrole. Maar soms zijn de veranderingen groter. Dan zijn het bewuste keuzes van de fabrikant, in overleg met de toeleveranciers. En wordt de verandering ook gemeld.
Qua duurzaamheid zijn er nu twee ingrediënten van verf die aan verandering onderhevig zijn. Dat is het oplosmiddel en het bindmiddel. Dit zijn tevens de twee meest belangrijke ingrediënten van de verf die de uiteindelijk de eigenschappen bepalen. In dit artikel wil ik inzoomen op lakverf voor binnen en buiten en op de binnenmuurverf. Dit zijn dan ook meteen de meest gebruikte verfsoorten voor de schilder.
De meeste lakverf voor buiten is momenteel oplosmiddelhoudend, veelal op terpentinebasis. De verwachting is dat dit steeds minder gaat worden. Terpentine is een product met als grondstof aardolie, ook wel een fossiele grondstof genoemd. Aardolie zal in de toekomst minder toegepast worden als basis voor verf. Meest waarschijnlijk is dat terpentine vervangen gaat worden door water. De techniek om alkydhars niet in terpentine op te lossen, maar te emulgeren in water wordt steeds beter. Zo kunnen de goede eigenschappen van alkydhars nog steeds benut worden en ben je een flink deel van de milieubelasting van terpentine kwijt. Het lijkt zeer waarschijnlijk dat we over vijf jaar heel wat buitenschilderwerk doen met alkydemulsies.
Voor dit artikel sprak ik onder meer met Jan Wessels van het laboratorium van verffabrikant Nelf-Koopmans en ook Jan ziet een toekomst voor alkydemulsies voor buitentoepassing. Al zal er voor het voor- en naseizoen zeker nog markt blijven voor oplosmiddelhoudende lakken, de zogenaamde winterverven.
Voor de binnenlakken zijn de afgelopen jaren al grote stappen gezet. Watergedragen verven op basis van acrylaat of alkydemulsie, al dan niet versterkt met polyurethan, zijn nu al veel beter dan de oude oplosmiddelhoudende producten. In de nabije toekomst verwacht men geen grote veranderingen. Wel zullen er kleine wijzigingen op basis van strengere regelgeving op giftige stoffen volgen, maar daar merkt de schilder weinig van. Er wordt wel flink ontwikkeld op speciale verspuitbare verven en zal de grondstof voor het bindmiddel steeds plantaardiger, of wel biobased worden.
Veel meer ontwikkeling zien we nu bij de muurverven voor binnen. Er was al een redelijk aanbod van duurzame muurverven met plantaardig en mineraal bindmiddel van wat kleinere producenten, maar nu zie je dat de grote fabrikanten deze trend volgen. Steeds meer opdrachtgevers vinden duurzaamheid belangrijk, dus ziet de fabrikant zich genoodzaakt om duurzamer te produceren. Dat gebeurt op meerdere manieren. Zo kan je nu al muurverf kopen met dertig procent oude, teruggewonnen restanten muurverf van gelijkwaardige kwaliteit. Deze dertig procent zou anders verbrand worden en krijgt nu een tweede leven. Dit bespaart flink aan CO2-uitstoot. De techniek om deze oude verf te verwerken tot herbruikbare verf is afgelopen jaren verder geperfectioneerd en zal op termijn vaker toegepast kunnen worden.
Andere belangrijke vernieuwing aan binnenmuurverven is, zoals reeds genoemd, het terugdringen van fossiele grondstoffen. Vooral in het bindmiddel worden aardolieproducten vervangen door plantaardige varianten. Het uiteindelijke bindmiddel wordt dan chemisch nagenoeg hetzelfde als de huidige aardolievariant. Qua eigenschappen verandert er weinig. En ook voor de muurverven geldt dat het verminderen van gevaarlijke stoffen in de producten altijd op het lijstje van de fabrikanten staat. Al dan niet door regelgeving.
De professionele verven die we momenteel gebruiken zijn van zeer hoge kwaliteit. Ondanks dat er door duurzaamheid en regelgeving veel gesleuteld wordt aan de recepten, worden de moderne verven alleen maar beter. En vooral ook veiliger, voor de gebruiker, verwerker, maar zeker ook voor het milieu. De CO2-belasting wordt door verminderd gebruik van fossiele ingrediënten lager. Doordat steeds meer verffabrikanten hun eigen energie gaan opwekken, loopt de CO2-uitstoot per liter verf terug. Goede ontwikkelingen die ons vak up-to-date houden en volhoudbaar op de langere termijn. Over vijf tot tien jaar schilderen we vooral met watergedragen alkydverf buiten. Binnen lakken we met meer biobased lakken en primers en voor de muurverf kunnen we kiezen tussen minerale, plantaardige of gerecyclede muurverven.