Neem een kasteel van enige grandeur en neem een schildersbedrijf. In gedachten zie je de ambachtelijk kwastende schilders al voor je. Maar het kan ook anders. Het gros aan lakwerk, zo’n 80%, is hier gespoten. In een korte tijdspanne hielp Schildersbedrijf Witjens uit Rotterdam mee om Kasteel Maurick in Vught nieuw leven in te blazen.
Vorig jaar zomer nog failleerde het in Kasteel Maurick gevestigde restaurant als gevolg van de crisis. Nu, een jaar later, krijgt de locatie, eigendom van Monumenten Fonds Brabant, twee nieuwe ‘bewoners’. Klaas van Leengoed, tot voor kort directeur/gastheer van enkele conferentielocaties, en meesterkok Niek van Lieverloo openen in september er hun à la carterestaurant en enkele zalen en ruimten voor zakelijke ontmoetingen, bruiloften en partijen.
Maar voordat het dineren en feesten van start kan, moest er in een heel korte tijd heel wat werk, vooral veel schilder- en inrichtingswerk worden verzet. Van Leengoed: ‘In mei hebben Niek Lieverloo en ik besloten om hier samen een nieuwe onderneming te starten, begin juli hebben we de handtekeningen gezet en in september gaan we open. Dat betekent doorpakken. We gaan de vele ruimtes hier efficiënter benutten, starten met à la carterestaurant Hendrick van Maurick met 48 couverts, om daarna de activiteiten in verschillende fasen in 2016 en 2017 verder uit te breiden. Onder andere door met ook een bistroformule de locatie voor een breder publiek toegankelijk te maken.’
Van ingrijpend bouwkundige aanpassingen is nauwelijks sprake. Relatief vrij spel voor JM-Style van Jeanne van de Meulengraaf die vorm gaf aan de inrichting, en de kleur- en behangkeuze vastlegde van fase 1, het rechter gedeelte van het kasteel waaronder enkele vergaderzalen, en de Oranjerie.
Hoe schildersbedrijf en verfleverancier elkaar in dit project vonden, mag bijzonder heten. Van Leengoed: ‘Ik vroeg een relatie met ervaring in de verbouw naar horecagelegenheden mee te denken en die had ervaring met Schildersbedrijf Witjens, een bedrijf die niet alleen in meters calculeert maar meer in de tijd. Belangrijk, gezien de korte tijd die voorhanden was en het grote aantal vierkante meters.’
En laat Leon Jansen, technisch adviseur bij Veveo Coatings, nu de zwager van meesterkok Van Lieverloo zijn! Of hij in diezelfde tijd ook mee wilde denken in de aanloop naar dit project. De klik tussen Witjens en Jansen was er direct. Jansen: ‘Gezien de tijd en de schaalgrootte denk je meteen aan spuitwerk. Ik heb daar altijd iets mee gehad. Mijn vader heeft een spuitbedrijf. Het is me met de paplepel ingegeven. En hier kun je snel werken, in één handeling meteen dekkend meer laagdikte aanbrengen. Het werkt kostenbesparend.’ Witjens: ‘We zaten snel op één lijn. Mijn vader werkte ruim 35 jaar geleden al met de eerste airlessmachines, een Wagner 7000. Hij wordt niet meer gebruikt maar we hebben ‘m nog steeds staan. Veel schildersbedrijven hebben weinig ervaring met spuiten en grijpen snel terug op de traditionele applicaties. Maar het spuiten van de grote oppervlakken van de houten binnendakbedeking, de binnendeuren en kozijnen, balken, barmeubelen en de radiatorbetimmering gaat uitstekend. De moderne spuitverven laten een vergelijkbaar resultaat zien zoals die van de oude technieken. Zo zijn de moderne acrylaatverven met een kwastapplicatie toch nog iets streperig. De conventionele lakken vloeiden veel mooier en strakker. En… spuiten werkt veel sneller dan kwasten of rollen.’
Jansen: ‘Veel bedrijven staan nog wat argwanend tegenover het afplakken. Maar op dat vlak is ook veel veranderd en is er steeds meer snelheid te halen. Behalve dat de techniek van de hulpmiddelen en de materialen zijn verbeterd, zie je ook gebruikers handige technieken ontwikkelen. Die zien afplakken meer als een spelletje. Zo zag ik schilders die eerst scharnieren afplakten, nu die scharnieren demonteren om er goedkope wisselscharnieren op te schroeven en om daar overheen te spuiten. Want schroeven gaat sneller dan plakken en bovendien loop je niet het risico dat een afgeplakt scharnier open knapt met alle gevolgen van dien.’ Witjens: ‘Ik wil niet zeggen dat er zich een vak als afplakken ontwikkelt, maar er zijn jongens die daar heel handig in zijn en het graag doen. Die kun je hier dankbaar inzetten.’
Witjens spuit de Celsor Aqua Titanium Spray van Veveo met een aircoat machine: ‘Een groot voordeel is dat je met een veel lagere materiaaldruk, zo’n 50 bar, kunt spuiten. Bij een airless komt het materiaal met 200/230 bar uit de nozzle. Ga je de druk dan terugdraaien, dan krijg je ‘tailing’, een spuitbeeld van drie stippen. Door op de kop wat lucht toe te voegen, airmix, beïnvloed je het spuitpatroon en krijg je een mooie nevel om rustig te spuiten.’ Jansen: ‘Omdat je de druk wat verlaagt, krijg je ook minder terugkaatsing van de nevel en minder overspray. Ook in de tip heb je nog verschillende instelbare gradenhoeken. Kozijnen doe je bijvoorbeeld met 20-30° en voor wat gevarieerder spuitwerk 30-40° om per werk zo weinig mogelijk overspray te krijgen.’
Jansen: ‘De spuitlak heeft een goed standvermogen en vloeit mooi weg én heeft stoot- en krasvaste eigenschappen, niet onwelkom in een omgeving waar veel mensen komen en werken.’ Ongeveer 20% van het lakwerk aan kozijnen en kruisroede is normaal kwastwerk en wat muurdelen worden gerold met een muurverf. Jansen: ‘Voor het spuitwerk volstaat in de regel één laag, voor het lakwerk met de kwast zetten we de Celsor Aqua Titanium primer en zijdeglanslak in, afhankelijk van de dekking soms twee maal afgelakt.’
Met een stevige deadline als stok achter de deur, is Witjens eind juli begonnen om de opdracht tijdens de bouwvakperiode op 28 augustus af te ronden. Afhankelijk van de aard van de werkzaamheden met soms 2 medewerkers per dag, soms opgeschaald naar een man of 7 à 8.