Ga naar hoofdinhoud

Nieuwe afdelingen Studie Club Schilders succesvol


Op sommige plaatsen draaien de Studie Club Schilders nog als ‘vanouds’. Elders zijn ze opgeheven uit gebrek aan belangstelling. En op sommige plekken blazen betrekkelijk jonge mensen ze weer met veel enthousiasme nieuw leven in. Zoals de twee clubs ‘Haaglanden’ en ‘Rotterdam’, door Annelies Verburg-Cluistra en Nick Polm.

 

Studieclubs voor schilders? Krijg je daar nog mensen voor?

 

Verburg-Cluistra: ‘Ja, dat blijkt. We hebben wel ons best gedaan. Zo hebben we bij het landelijk secretariaat lijsten van oud-leden opgevraagd van de studieclubs die hiervoor in deze regio zaten. Dat, en het openbare leerbedrijvenregister van Savantis, was ons “startkapitaal”. Maar verder zie je dat het vooral mensen uit ons eigen netwerk zijn.’

Polm: ‘We zijn natuurlijk een stukje jonger dan de meeste bestuurders, ons netwerk is ook jonger, en dat merk je aan de deelnemers. En wat je ook wel ziet: steeds meer schilders werken alleen. Onder hen is de behoefte om aan bijscholing te doen en om te netwerken best groot.’

Verburg-Cluistra: ‘Je kunt de bijeenkomsten van de studieclubs zien als netwerkbijeenkomsten. Er is een inhoudelijk programma, maar er is ook altijd veel ruimte om met elkaar te praten. Zo kun je elkaar versterken.’

 

Een keer een avond bezoeken, oké, maar waarom zijn jullie een bestuur gaan vormen?

 

Verburg-Cluistra: ‘Er is zo veel te weten over het schildersvak, het is zo breed. Ik ben zelf begonnen als leerlingbegeleider bij het toenmalige Spos in Nieuwegein en ik vond het meteen een leuke branche, met open, eerlijke mensen. Daarna ben ik zo’n 3 jaar officemanager bij een schildersbedrijf geweest, wat ik zo leuk vond dat ik de Kader- en ondernemersopleiding ben gaan volgen. Nu ben ik junior projectcoördinator bij Wits Utrecht. Blijven leren en me verdiepen hoort er voor mij bij.’

Polm: ‘Na mijn studie commerciële economie ben ik, alweer zes jaar geleden, directielid geworden bij schilderorganisatie De Betere Schilder.  Ik blijf nog wel een tijdje in deze branche, dus wil ik er zoveel mogelijk van weten. Daarbij heb ik altijd interesse gehad in journalistiek en nieuwe media, dus kon ik me bij SCS nuttig maken voor de website en social media. Maar in feite doen we alles samen.’

 

Programma’s van de studieclubs zien er vaak een beetje… commercieel uit…

 

Polm: ‘Hoezo? Omdat we regelmatig leveranciers als spreker hebben? We letten er wel altijd goed op dat die sprekers zo’n neutraal  mogelijk verhaal vertellen. Bijvoorbeeld een verhaal van iemand van Graco over nozzles, het afstellen van spuitapparatuur et cetera. Dat is gewoon heel interessant. We hebben nu nog maar weinig middelen en moeten onze eigen financiële broek ophouden. Dan kun je geen sprekers inhuren.’

Verburg-Cluistra: ‘Het werkt natuurlijk wel zo dat je eerder aan dat spuitmerk denkt als het te pas komt. En we waren ook trots dat iemand van Den Braven ons de nieuwe overschilderbare kit van Hercuseal kwam uitleggen nog voor hij op de markt was. Kijk, we willen juist samenwerking in de keten bevorderen. We hebben een keer een avond gehouden op de SchildersVakschool, zodat leerlingen erbij konden zijn. En we brengen onderwerpen waar ook mensen van corporaties op afkwamen.’

 

Studieclubs zijn er voor iedereen…

 

Polm: ‘Inderdaad. Dat is het mooie er aan. Of je nu directeur bent of schilder, opdrachtgever of student: iedereen mag bij de club.’

Verburg-Cluistra: ‘We organiseren onze avonden graag bij groothandelaren. De bezoekers vinden het vaak leuk om eens ergens anders over de vloer te komen en andere producten te zien.’

 

Ja, hoeveel leden hebben jullie nu?

 

Verburg-Cluistra: ‘We hebben voor de beide studieclubs samen nu 54 leden.’

Polm: ‘Die komen niet allemaal elke keer, hoor. Dat is echt heel verrassend. Soms denk je een leuk programma te hebben maar daar komt dan bijna niemand op af, en op een ander moment zit de zaal vol.’

Verburg-Cluistra: ‘Tot nu toe hebben we nog geen contributie geheven. Dat zal een tientje per jaar zijn of zo. Gefinancierd zijn we vanuit de landelijke organisatie, waar nog wat geld was van de oude SCS Haaglanden. Veel materiaal heb ik van die club niet terug kunnen vinden. Als iemand nog oude programmaboekjes en dergelijke heeft… dat lijkt me superleuk.’

 

En.. jullie zoeken nog bestuursleden?

 

Polm: ‘We zijn nu met zijn tweeën. Het is veel leuker om met meer mensen leuke ideeën te verzinnen en taken te verdelen.’

Verburg-Cluistra: ‘Als plaatselijk SCS-bestuur word je geacht de scholen in je regio af te gaan om ze te motiveren om mee te doen aan de landelijke vakprijzen. Belangrijk en leuk om te doen en we hebben al best goede relaties met scholen, maar het is er dit jaar niet van gekomen.’

Polm: ‘Officieel, statutair, moet een SCS-bestuur vier leden hebben: voorzitter, penningmeester, secretaris en een ‘gewoon’ bestuurslid. Maar voor ons hoeft dat niet zo. We hoeven ook niet per se onze eigen kas te beheren.’

Verburg-Cluistra: ‘Het heeft misschien iets met onze generatie te maken, maar we denken niet zo in van die vaste posities. We zien het liever als een projectorganisatie waar iedereen als hij of zij zin of tijd heeft zijn of haar steentje bijdraagt.’

Polm: ‘We zijn daar over in gesprek met het landelijk bestuur, of dat niet anders kan. En in antwoord op de vraag: ja: we zoeken nog bestuursleden. En ook meer nieuwe leden. Het is gewoon hartstikke leuk.’

 

Bij de foto:

Annelies Verburg-Cluistra en Nick Polm vormen samen het bestuur van twee nieuwe studieclubs met 54 leden

 

Foto: JMS

 

 

 

 

 

 

 

 

 


Eisma ontwikkelt digitale Pocketguide voor BouwBeurs

Kirstin van Loon nieuwe bestuursvoorzitter Cibap

Slimme hulpmiddelen voor schildersbranche

Buitenlandse bouwers leren taal én vak in Oost

Bol-stagiairs krijgen vaak niet betaald