Vijftienduizend vierkante meter aan betonnen wanden, achttienhonderd vierkante meter daken en honderdtwintig stalen kappen. Het opknappen van de zestig heftorens op één van Nederlands bekendste waterwerken, de Afsluitdijk, spreekt tot de verbeelding. Toch maken met name de randvoorwaarden deze omvangrijke klus voor Bouman Arkel gedenkwaardig.
De befaamde ontwerper Daan Roosegaarde kreeg van Rijkswaterstaat de opdracht om de ‘iconische’ waarde van de Afsluitdijk te benadrukken. Met subtiele reflectie wil hij licht en duisternis en daarmee ook verleden en toekomst met elkaar verbinden. Kunst en functionaliteit. Reflecterende strips moeten de zestig heftorens in het donker zowel vanaf de grond als vanuit de lucht een bijzondere uitstraling geven. De Afsluitdijk telt vijf spuigroepen, twee bij Kornwerderzand en drie bij Den Oever. Tussen de zes heftorens per groep zitten vijf schuiven.
Bouman Arkel uit Zwijndrecht houdt zich bezig met het schilderwerk. ‘De oude coatinglaag verwijderen we. Het beton wordt dan zichtbaar en daarmee de oude en de nieuwe schades. In het verleden is er altijd met epoxy’s gerepareerd. Onwenselijk, met het oog op spanningsverschillen met het beton. We saneren daarom de ondergrond en repareren hem met cementgebonden producten’, legt directeur Patrick Davids van G. Bouman Arkel uit. De dochteronderneming van bouwbedrijf Mourik valt binnen de speciale Infra Groep. Door het multidisciplinaire karakter van het werk, waarbij nagenoeg alle disciplines binnen de Mourik Infra Groep meedoen, bleek bij inschrijving dat zij de meest economische inschrijver op dit werk was. ‘Met name het goede verkeersplan en de hinderbeleving hebben Rijkswaterstaat overtuigd.’
Naast de schilders van Bouman maken Vogel (betonreparatie), Mourik Groot-Ammers (project management) en Traffic&More (verkeersmanagement) deel uit van de constructie, vergelijkbaar met een consortium. ‘Het is een multidisciplinair project, dus moet je dat ook van de mensen verwachten. Het logistieke verhaal is ontzettend belangrijk en vergt de nodige voorbereiding.’ Allereerst moesten de verkeersstromen op de Afsluitdijk in goede banen worden geleid. Traffic&More maakte daar een gedegen verkeersplan voor. ‘Dan gaat het om de daadwerkelijke hinder. Onze opdrachtgever wil natuurlijk dat het wegverkeer zo min mogelijk wordt geconfronteerd met afsluitingen.’
Hinderbeleving is bij het project op de Afsluitdijk wellicht nog wel een belangrijker aspect. Wat ziet de weggebruiker? Die mag niet worden afgeleid door de werkzaamheden. De bijzondere steigers zijn daarbij cruciaal. Het valt op ‘dat het amper opvalt’. ‘We hebben niet gekozen voor traditionele krimpfolie, maar voor polycarbonaat platen. Groot voordeel is dat het sterker is en niet flappert. De bestuurders raken hierdoor minder afgeleid. De steigers staan op sommige plekken op slechts zestig centimeter van de weg. Voor ons is het de eerste keer dat we een dergelijke kunststof rondom een project bouwen. Het gaat om een oppervlakte van duizenden vierkante meters.’
Voor het werk is het volgens Patrick Davids vooral belangrijk om vanwege de omvang in een goede flow te komen. ‘En dat lukt. Zonder calamiteiten kunnen we wellicht drie of vier weken eerder opleveren. De werkzaamheden vinden buiten het stormseizoen plaats.’ Op het beton van de heftorens zit in de bestaande situatie een twee tot drie millimeter dikke laag tweecomponenten epoxycoating. ‘Bestekseis is om deze coating te verwijderen en de ‘oude plankenstructuur’ in het gestorte beton te behouden. Zo wil de opdrachtgever het monumentale karakter vanuit 1930 weer terug krijgen. Chemisch verwijderen lukt niet en met water- of gritstralen sloop je het beton.’ Na diverse testen is ervoor gekozen om door een combinatie van skimmen en waterstralen de voorbehandeling uit te voeren. Vogel heeft meteen ook betonreparaties uitgevoerd. In totaal gaat het naar schatting om ruim 240 vierkante meter.
De betonnen muren zijn geïmpregneerd met een copolymeer gronderingslaag en vervolgens behandeld met meerdere lagen damp-open en flexibele acrylaatdispersie, een systeem van MC Bouwchemie. ‘Een logische eis was dat er geen pinholes aanwezig mochten zijn in de coating om de levensduurverwachting en de beschermende werking te kunnen borgen. Gezien de esthetische eisen was een relatief dun systeem noodzakelijk. Dit werkt bij deze applicatie juist weer ‘coatinggaatjes’ eerder in de hand. Na het aanbrengen van de eerste dispersielaag worden de pinholes met een speciaal verdikkingsmiddel, waarbij de eigenschappen van de coating niet mochten wijzigen, geplamuurd. Na zeer nauwkeurige inspectie wordt dit na een tweede laag nog een keer gedaan. Chlorides achter de coating zijn funest. Zeker in een klimaat als hier. Het zoute water waait van alle kanten tegen het beton aan. Intensieve reiniging is essentieel.’
De staalconservering is als laatste onderdeel aan het werk toegevoegd. Anders dan het voorgeschreven systeem voor het beton werd hier een systeemgericht ontwerp van de aannemer gevraagd. Op basis van de ontwerpnorm ISO 12944 in combinatie met de milieu- en overige bestekseisen is er een voorbehandeling- en conserveringssysteem bepaald. ‘Tachtig procent van de kwaliteit van het conserveringssysteem hangt van de voorbehandeling af. Er is hier ook voor Torbostralen gekozen. De chlorides worden direct zeer effectief verwijderd. Hierna brengen we een surface-tolerante epoxy, een intermediate epoxy en een PU-topcoat aan.’ Het werk omvat met de houten deuren en kozijnen ook nog een stuk houtconservering, waarbij ook wordt teruggegrepen naar het oorspronkelijke karakter.
Foto:
Na het verwijderen van de epoxylaag moeten de oude afdrukken van de bekisting weer zichtbaar worden én blijven
Foto’s: Alex de Haan, Persbureau Noordoost