Neem het woord ‘beurs’ niet in de mond, want dan word je direct gecorrigeerd door Okke Spruijt en Jaitske Feenstra. “Het wordt een evenement, anders dan we tot nu toe in onze branche gewend zijn. Beleving, informatie en ervaringen uitwisselen staan centraal. Een ontmoeting tussen verfleveranciers, groothandelaren, schilders- en onderhoudsbedrijven, maar ook architecten en iedereen die verder een link heeft met de verf- en schildersbranche.”
Als directeuren van respectievelijk OnderhoudNL (schilders- en onderhoudsbedrijven) en de VVVF (verffabrikanten) praten ze ons bij over de status van het event, dat een initiatief is van deze twee organisaties en de verfgrossiers verenigd in de VVVH. “Copagro is echter ook van de partners die het event ondersteunen. We hebben een begeleidingscommissie van tien personen.”
Festivalopzet
“Om jong en oud aan te spreken zal er het nodige vertier zijn, maar de persoonlijke ontmoeting vormt een belangrijk onderdeel van het evenement”, aldus Feenstra. Volgens haar is daar, na twee jaar coronastilte, een grote behoefte aan. “Een van onze thema’s is Connect. Hiervoor bieden we op verschillende plekken de mogelijkheid. Dit kaderen we met een aantal spraakmakende sprekers die, verspreid over beide dagen, als centraal ontmoetingspunt zullen fungeren. Zo zal Jacco Vonhof, voorzitter van MKB-Nederland, de opening verrichten. Daarnaast zijn er tal van workshops van onze partners – leveranciers van verf en aanverwante artikelen – waar bezoekers producten zelf kunnen uitproberen. Alles in een soort van festivalopzet.”
![](https://www.schildersvak.nl/wp-content/uploads/2022/07/00-Drone-Inspectie-1024x576.jpg)
De dynamiek en innovatie in de sector staan deze twee dagen centraal, stelt Spruijt. “Vandaar dat er tal van demonstraties worden gegeven.” Denk hierbij aan inspecties van vastgoed met een drone, virtueel verfspuiten en rijden met elektrische bakfietsen voor transport in de binnenstad. In het Hart van Holland heeft de organisatie de beschikking over in totaal 2.100 vierkante meter, verdeeld over drie verschillende hallen. De partners zullen zich presenteren in houten chalets die uniform en transparant van opzet zijn – “een knipoog naar gebouwd Nederland, en naar de eenheid en gezamenlijkheid van de deelnemers” – met daarom heen de verschillende activiteiten.
Professioneel podium
Masters of Maintenance moet een podium zijn waar kennis, inspiratie, praktische inzichten en innovaties worden gedeeld, aldus Spruijt. “Een professionele en ‘state of the art’ afspiegeling van de complete bedrijfskolom. We hebben namelijk ook een boodschap naar buiten toe.” Trefwoorden zijn: trots, vakmanschap, professionaliteit, creativiteit en innovatie. De chemie tussen deze componenten wil de organisatie ook overbrengen op de jongere generatie. Spruijt: “Jong talent is hard nodig. Die urgentie – het tekort aan arbeidskrachten – wordt gevoeld bij alle partners. Het mooie is dat we met dit evenement de collectiviteit weer terugbrengen in de branche.”
Master of Maintenance moet dan ook niet alleen een beleving worden voor de huidige vakprofessional, maar juist ook voor jongeren die zich oriënteren op het volgen van een vakopleiding. “Dit is een branche met veel toekomstperspectief, waar met de meest moderne middelen wordt gewerkt. Dat willen we laten zien.”
Hart van Holland
Masters of Maintenance – een initiatief van OnderhoudNL, VVVH en VVVF – vindt op 2 en 3 november 2022 plaats in het Hart van Holland in Nijkerk. Het nieuwe evenement wordt inmiddels gedragen door meer dan vijftig partners. Samen zullen zij rond de thema’s Inspire, Innovate, Connect en The Next invulling geven aan een dynamisch programma. Zie voor meer informatie: www.mastersofmaintenance.nl
![](https://www.schildersvak.nl/wp-content/uploads/2022/07/000-Logo_master_of-maintenace_CMYK_300DPI-1024x521.png)
“Voor scholieren en zij-instromers wordt een speciaal informatief programma opgezet dat we concentreren in ons themagedeelte The Next. Scholen worden actief benaderd voor een bezoek aan Masters of Maintenance”, aldus Feenstra. Volgens haar komen alle disciplines in de branche aan bod: van schilderen, renoveren, restaureren, conserveren, isoleren, transformeren en muteren van gebouwen tot de laboratoriumwerkzaamheden in de verfindustrie. Maar The Next wordt ook de plek waar bestaande werknemers in de branche kunnen informeren naar de mogelijkheden voor hun eigen loopbaanontwikkeling. “Een leven lang leren is tegenwoordig relevant voor iedereen.”
Ook voor de schilder
Feenstra en Spruijt benadrukken nog eens dat Masters of Maintenance juist ook voor de kleine professionele schilder of zzp’er is bedoeld. “Het wordt, mede door de workshops, een heel toegankelijke plek om direct kennis op te doen. Ze kunnen hier kennismaken met de nodige nieuwe producten en innovaties. Daarnaast mikken we op zowel ondernemers, middenkader en schilders van de professionele schilders- en vastgoedonderhoudsbedrijven. Maar ook opdrachtgevers, constructeurs en architecten zijn welkom. En natuurlijk zij-instromers en scholieren.” In totaal hoopt de organisatie zo’n vijfduizend personen naar Nijkerk te trekken.
![](https://www.schildersvak.nl/wp-content/uploads/2022/07/00-Schilder_OHNL-geen-logo_klein-681x1024.jpg)
Spruijt: “We willen de meesters op het gebied van onderhoud van nu én morgen verenigen en inspireren. Zo gaan we studenten koppelen aan een persoon van zijn of haar eigen leeftijd, die al begonnen is in onze branche. En iemand die aan een opleiding wil beginnen, moet aan een leermeester kunnen vragen wat zijn rol is in het leerproces. Die verbindingen, mogelijkheden tot spiegelen, willen we tijdens Masters of Maintenance tot stand brengen. Het ultieme doel is dat iemand die nu in deze bedrijfstak werkt, samen met zijn of haar zoon of dochter Masters of Maintenance bezoekt. Zodat de jeugd ziet wat het beroep van zijn ouder inhoudt en hoe breed dit vakgebied eigenlijk is. Vaklieden vormen de elite van de toekomst. Dat moeten we veel meer uitdragen. Uit eigen onderzoek blijkt dat de helft van de instroom in onze sector familie of een kennis in onze bedrijfstak heeft werken. Die personen zijn dus onze beste en meest enthousiaste ambassadeurs. Daar moeten we veel meer gebruik van maken.”