Ga naar hoofdinhoud

Pools houten huis bleek uitdaging


Het houten landhuis in de Utrechtse bossen, een Rijksmonument, kwam prefab uit Polen. Het werd rond 1920 gemonteerd, ingericht en daarna van binnen zo goed als nooit meer geschilderd of gerenoveerd. In de zeventiger jaren werd er een tweede huis aan vastgebouwd en ook dat bevroor in de tijd. Vakwerkhuis Schilders mag het nu schilderen.

Dirk Boersma en Johan Bruggen

Het is een fors huis, zeker die twee delen bij elkaar. Maar eerlijk gezegd heeft SchildersVakkrant wel eens grotere gezien. Zit daar nu een dik jaar werk aan voor een ploeg van schilders? Johan Bruggen, schilder bij Vakwerkhuis en lid van dat team: ‘Het was ontzettend veel werk. Zo veel en zo repeterend dat verschillende collega’s na een paar weken hier werken even een tijdje wat anders moesten doen, een ander project. Die trokken het dan even niet.’

Directeur Dirk Boersma legt uit hoe het zit. ‘Dit landgoed en de gebouwen die er op staan zijn van de adelijke familie Bentinck. Tot voor enkele jaren terug leefde hier baron Bentinck min of meer alleen. De baron is heel oud geworden, bijna honderd jaar. En zoals we het huis aantroffen mag je wel stellen dat er in ieder geval tijdens zijn leven nooit ook maar iets aan het interieur veranderd is. Of gerepareerd.’

De buitengevel is spaarzaam geschilderd. Ingewikkeld genoeg
FOTO’S: JMS

Van de oude toestand zijn foto’s gemaakt door de familie, voornamelijk uit nostalgie. Daarop zijn duidelijk de doorrookte plafonds, de vochtplekken in de muur en andere tekenen van verval te zien, tussen en achter de oude meubels en schilderijen waarmee het huis ook stampvol stond. Na enige jaren wikken en wegen is de familie tot besluit gekomen dat het grote huis, Landeck geheten, in twee delen van elkaar gescheiden wordt. Het grote huis (Groot Landeck) wordt verhuurd, het kleinere (Klein Landeck) wordt vakantieverblijf van de familie. Die heeft dan nog altijd een royale eengezinswoning tot zijn beschikking, met uitzicht over het unieke landgoed, met parkachtige aanleg.

Om die reden werd het dak vervangen, kwamen er scheidingswanden tussen de beide huizen en een nieuwe keuken in Klein Landeck. En werd het schildersbedrijf ingehuurd. Bruggen: ‘De wanden waren in veel kamers met jute bespannen, met daarop behang. De familie heeft al dat behang van de muren verwijderd. Maar niet de spijkertjes waarmee het jute vastzat.’ Al die spijkertjes moesten er dus met de nijptang uitgetrokken worden, waarna de gaatjes allemaal weer aangestopt moesten worden met plamuur. Want de muren zijn op veel plaatsen geschilderd, in enkele kamers ook voorzien van kostbaar behang. Voor beide is een glad oppervlak noodzakelijk. ‘Dat was wel een van die werkjes waar collega’s wel eens tureluurs van werden’, aldus Bruggen.

Het hele huis is met een trein als een bouwpakket in 1920 uit Silezië gekomen

En als je verder kijkt, valt steeds meer op hoeveel houtwerk in dit huis zit. Boersma: ‘Het is een vroeg voorbeeld van prefab-bouw. Het hele huis is in Polen vervaardigd, deel voor deel genummerd, op een trein geladen en zo naar Maarn vervoerd.’ Vloeren, wanden, plafonds, en uiteraard deuren en trappen: overal waar je kijkt is hout. Het plafond boven de monumentale trap naar de verdieping was afgetimmerd met plaatmateriaal, maar dat is weggehaald, zodat daar nu ook allemaal latjes tussen de draagbalken te zien zijn. Al dat hout moest worden gereinigd, geschuurd en geschilderd. Hoe langer je rondkijkt, hoe meer je begrijpt dat dit geen klus van een week was. Zelfs op de zolder, waar de hanenbalken ongeschilderd in het zicht liggen, zijn de schilders in de weer geweest. Met de schuurmachine. Boersma: ‘Omdat dit huis verhuurd wordt, wilde de opdrachtgever dat de balken geen splinters meer zouden geven. Zodat kinderen er veilig kunnen spelen.’

Maar het vele schilderwerk zit hem ook in de details. Zo heeft dit antieke gebouw al een soort van dubbele ramen: houten scharnierende deuren en ramen vóór de eigenlijke ramen. Bruggen: ‘Je doet dus al het schilderwerk dubbel, en dan ook nog eens lastig, omdat je deze constructie niet gewend bent.’ De dubbele ramen waren vooral in de ruimten waar de baron en zijn familie verbleven. In de ramen van het personeel zat enkel, getrokken glas. Dat heeft Vakwerkhuis vervangen voor licht vertekenend, isolerend monumentenglas, voorzien van een pyrolitische coating als tussenlaag, geleverd door XL Glas, ook een bedrijf van Dirk Boersma. Andere schilderaspecten: de nieuwe planken die de timmerman tussen het oude hout heeft moeten vervangen. In de plafonds leidde dat tot een heel uitgezoek om de kleur van de waterbeits waarmee gelakt is op de juiste kleur op de hand bij te mengen met kleurpasta, zodat het één geheel werd.

De ploeg werd regelmatig gewisseld, vooral in het voorbereidende werk ging veel tijd zitten

Over kleur gesproken. Boersma: ‘Ik mocht het complete kleuradvies geven. Binnen had het houtwerk een groenige kleur. Dat is nu een grijs met vrij veel blauw, dat maakt het aanzien rustig en tegelijk lichter.’ De te verhuren woning is in de salon voorzien van behang van Morris & Co, vrij kostbaar behang. ‘Het is een vrij wilde print, die best dichtbij het oude behang komt dat er hing’, zegt Boersma. ‘Het is de hele renovatie lang voor de familie lastig geweest om te kiezen tussen het huis in oude staat brengen en het klaar maken voor verhuur. Wie het nu huurt, zal een aantal keuzes van de eigenaar moeten respecteren.’ Zo stond in de keuken oorspronkelijk een AGA fornuis, één van de eerste in Nederland. Dat is nu vervangen voor een… AGA-fornuis. Dat er prima past, maar wel bijzondere kwaliteiten van de kok vereist.

In de kleinere woning durfde Boersma te kiezen voor een flink verzadigd blauw, dat hij in de tuinkamer in een lichtere tint laat overgaan. Het trappenhuis krijgt een donkerder wit aan de ene kant dan de andere. ‘Dat vind ik leuk, kleuren waarvan je misschien niet eens opvallen dat ze verschillen, maar die toch diepte en onderscheid in een ruimte aanbrengen.’

Boerma adviseerde om van olijfgroen op blauwig grijs over te stappen. Het behang is van Morris & Co

Zou je bijna de buitenboel vergeten. En ja, die doet Vakwerkhuis ook wel, maar spaarzaam. De gevels zijn in de loop der tijd wel onderhouden en dus niet in heel slechte staat. Eén zijde kreeg een anderhalfbeurt, de andere zijdes werden voorlopig alleen plaatselijk bijgewerkt met Veveo Systeemverf. Boersma, die zelf jurylid is van de Nationale SchildersVakprijs: ‘Het is jammer, maar ook wel begrijpelijk: we kunnen hier net niet het niveau maken dat je zou kunnen inzenden voor de competitie. Je kunt wel narekenen dat je met een schilderploeg die hier een jaar permanent werkt al een heel aanzienlijk bedrag kwijt bent. Dan moet je her en der schipperen met je kwaliteitskeuzes. Het is al geweldig dat we hebben mogen helpen dit gebouw in de toestand te brengen waarin het nu is!’

Over dit project is een video te zien op SchildersVAKTV.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.


PPG verlengt Colorful Communities tot en met 2035

Oostveen overgenomen door Hoogstraten Haarzuilens

Geen versoepeling regels voor Oekraïense zzp’ers

Soudal slaat vleugels uit naar Japan

Muurschildering Studio Giftig wereldwijde topper