Je noemt jezelf op LinkedIn een ‘upcoming conservator and restaurator’ en doet je naam eer aan met (de verkoop van) je Rembrandt-reconstructie.
‘Haha, ik hoop het. Ik wil in elk geval heel graag met schilderijen door, daar ben ik nu ook voor aan het studeren. Een eenjarige opleiding Restauratie & Decoratie in Antwerpen, waarna ik in dezelfde stad aan de universiteit mag beginnen: Conservatie & Restauratie. Met mijn bedrijf De Gouden Kwast maak ik al reconstructies van meesterwerken, zoals die van Rembrandt. In vakanties ga ik voor Hannie de Keijzer van Het Mooie Werk aan de slag.’
Bij haar liep je in je laatste Cibap-jaar stage. Wat heeft ze je geleerd?
‘Ik heb meegewerkt aan een mooie klus van haar in het Penninckshuis in Deventer, met veel restauratie- en decoratieschilderwerk. Hannie heeft ons veel trainingen gegeven en we hebben eindeloos geoefend met sjablonen, staaltjes en proefjes.’
Hoe kwam je erbij om een Rembrandt na te schilderen?
‘Een afstudeerproject op het Cibap. Je mocht maken wat je wilde, zo groot of zo klein als je wilde. Ik ben heel ambitieus, wilde per se iets bijzonders maken en had mijn werk ook niet op tijd af. Er stond tien weken voor het onderzoek en tien weken voor de uitvoering, maar dat redde ik bij lange na niet. Gelukkig had ik hem wel op tijd af voor de tentoonstelling in Museum de Fundatie in Zwolle. Tijdens mijn stage bij Hannie heb ik er in de avonden en weekenden aan gewerkt. Kleuren mengen, iets dat ik bij Hannie geleerd heb, moest ik bij dit schilderij veel doen.’
Was je verrast dat het aartsbisschoppelijk paleis van Aartsbisdom Utrecht je werk wilde kopen?
‘Ja en nee. Ik had verwacht dat ik mijn schilderij eerder zou verkopen aan een particulier. Het heeft nog ontzettend lang bij mijn ouders in de woonkamer gestaan. Het viel me tegen dat naamsbekendheid kennelijk zó belangrijk is. Op een gegeven moment heb ik zelf contact gezocht met het aartsbisschoppelijk paleis, waar ze mij nog kenden omdat ik daar als stagiair van Wolters Vastgoedonderhoud had gewerkt. Ze wilden erover nadenken en foto’s zien, maar al vrij snel besloten ze het te kopen. Toen ik daar met mijn vader wegreed – we hadden een busje gehuurd om het schilderij van 1,40 bij 1,80 meter te vervoeren – en mijn moeder belde, kwam de ontlading. Toen waren er wel wat tranen ja.’
Je noemt Wolters. Hans Wolters tipte ons al eens op jou, nog voor je bekendheid na de Rembrandt-reconstructie. Enig idee waarom?
‘Hij zei weleens: van jou gaan we nog veel horen en zien. Wat hij daarmee bedoelde? Ik denk dat ik altijd heel duidelijk ben geweest in het doel dat ik wil bereiken. En daar doe ik alles voor. Mijn hele leven staat in het teken van mijn toekomst, ik ben heel toegewijd. Ik zit op school van half negen tot vier uur en daarnaast doe ik klussen voor mijn bedrijf. Mijn ultieme droom is ooit een eigen museum beginnen. En ik wil zowel een eigen restauratie- als reconstructieatelier.’
Denk je dat je met dit werk – en de succesvolle verkoop ervan – een inspiratiebron bent voor andere jongeren op vakscholen als Nimeto, Cibap en SintLucas?
‘Ik hoop dat ik dat kan zijn, maar ik zie mezelf niet zo. Van Cibap-leerlingen krijg ik wel berichten met vragen als: waar heb jij stage gelopen, heb je advies voor me, wat is een goede stageplek? Zeker als ze door willen in restauratie en conservatie, kan ik ze adviseren. De route die ik nu volg, is in Nederland veel moeilijker, want je kunt hier niet van het mbo naar de universiteit overstappen.’
Hoe ziet jouw route eruit?
‘Om toegelaten te worden tot de universiteit, doe ik nu dit tussenjaar. Dat zien ze in België als middelbaar onderwijs en is daar gratis. De studiekosten aan de universiteit betaal ik met de verkoop van mijn schilderij. Met het bisdom heb ik afgesproken om over de prijs niets te zeggen.’
Wat is de kunst van het namaken van een Rembrandt?
‘Ik denk doorzettingsvermogen. Je komt jezelf heel vaak tegen en denkt “Ik kan dit niet, het lukt me niet”. Zo had ik bijvoorbeeld de verkeerde lijnolie gebruikt en moest ik drie weken wachten totdat dat droog was. De les: durf mensen om hulp te vragen. Rembrandt zal ook niet alles alleen hebben gedaan, hij heeft ook leerlingen onder zijn hoede gehad en liet zich inspireren door andere kunstenaars.’
Waarom heb je juist dít schilderij – Christus in de storm op het meer van Galilea – gereconstrueerd?
‘Nadat ik op Netflix This Is a Robbery had gezien, over de grootste kunstroof ooit. Een van de gestolen werken was van Rembrandt, het idee is dat dit zich nog altijd in de onderwereld bevindt. Met deze reconstructie breng ik het als het ware naar boven.’
Je vertelde al dat je groot droomt. Hoe lang ben jij nog ‘upcoming’?
‘Als ik klaar ben met studeren, hoop ik toch wel een gevestigde naam te zijn. De opdrachten voor reconstructies van schilderijen stromen na de verkoop van mijn Rembrandt al binnen, daar ben ik ontzettend blij mee. Van jongs af aan ben ik al creatief met schilderen bezig. Precies en nauwkeurig werken ligt mij. Restaureren met kleine penseeltjes, daar ben ik goed in. En ik sta in voor beheer en behoud van kunst. Er ligt te veel waarde aan kunst verscholen in depots, vandaar dat eigen museum. Maar voor nu: eerst maar eens verder met mijn eigen bedrijf en dan zie ik wel waar dat me brengt.’