Huis Nolet in Schiedam werd in 1804 gebouwd door de ondernemersfamilie Nolet die toen, en nu nog steeds, sterke drank maakt. Het familiebedrijf, Koninklijke Nolet Distillery, bestaat 325 jaar en is in Nederland vooral bekend met het jenevermerk Ketel 1. In 1804 liet de familie door de in Nederland gevestigde Italiaanse architect Jan Guidici destijds een woonhuis in grootse stijl bouwen, zelfs voor die periode zeer rijk gedecoreerd. Decoratieschilder Jan Berghuis mag nu alles uit de kast halen om die grandeur weer terug te brengen.
Het huis, aan een gracht in het hart van historisch Schiedam, is decennialang in de familie geweest als woonhuis. In 1908 werd het verkocht aan de Staat en was het gedurende een eeuw de vestiging van het Kantongerecht. In 2013 kocht de familie Nolet het weer terug. Nu wordt het van top tot teen gerestaureerd door bouwbedrijf Burgy.
![](https://www.schildersvak.nl/wp-content/uploads/2021/01/Foto-boven-Ketel-1-ornament-1024x683.jpg)
FOTO’S: JMS
Jan Berghuis (bedrijfsnaam: House of Bendhor la Faye) werd bij de werkzaamheden betrokken door de architect die de restauratie leidt in nauwe samenwerking met de familie. Berghuis staat nu al anderhalf jaar onafgebroken op dit project, uitsluitend voor het decoratieschilderwerk. Zo mag hij alle drie meter hoge deuren op de begane grond schilderen in mahonie-imitatie, en daarvan het lijstwerk vergulden. ‘De deuren hadden allemaal een egale kleur. Onderzoek door de architect toonde aan dat er houtimitatie op gezeten moet hebben, waarschijnlijk mahonie,’ legt Berghuis uit. ‘De deuren moesten dus helemaal kaal gehaald worden, gegrond en daarna gehout. Daarna werk ik het af met een blanke was. En dan volgt het vergulden van de lijsten. Sommige deuren heb ik in mijn atelier in Den Haag gedaan, maar de meeste heb ik hier in het werk gedaan, terwijl de bouwvakkers om me heen bezig waren.’
Opvallend is het consistente en hoge niveau dat Berghuis in zijn imitaties weet te bereiken, waarbij hij uiteraard niet vergeet de blespartijen te spiegelen, zodat een deur uit twee planken van hetzelfde hout lijken te bestaan. Met een trompe-l’oeil suggereert hij verstekken en aansluitingen.
Boven hebben de deuren geen vergulde lijsten, maar zijn ze voor de imitatieschilder juist bijzonderder: de mahoniehouten deuren hebben hier lijsten van ingelegd hout: esdoorn en donker pallissander. Berghuis brengt er bovendien twee verschillende mahonie-imitaties aan: de binnenvlakken rood mahonie en aan de buitenkanten een lichtere variant.
![](https://www.schildersvak.nl/wp-content/uploads/2021/01/Foto-links-trapleuning-1024x683.jpg)
Maar er is ook hout dat juist weer verborgen moet worden. Zoals het houtwerk van de monumentale trap die met een sierlijke krul naar de verdiepingen leidt. Berghuis schilderde het houten hekwerk met een donkere ijzerimitatie, licht gepatineerd. Op het hout prijken houten rozetten en guirlandes. Die heeft Berghuis verguld. ‘Ze zijn allemaal verschillend, dus met de hand vervaardigd. Geweldige timmerlieden had je toen,’ vindt hij. De trap kent op de begane grond een eigenaardig pronkstuk, een soort palmtak, gedragen door twee kindertjes op een sokkel, alles heel fijn uit hout gesneden. Aan de top van de tak heeft een lamp gehangen. Ook deze tak gaat Berghuis vergulden, de voet krijgt een bronsimitatie.
En dat is allemaal nog maar een fractie van het verguldwerk. Het meest zit in de grote ontvangstzaal. Die heeft langs het plafond weelderige gestuukte ornamenten. Ook die mocht Berghuis vergulden. ‘Daar speelde voor het eerst een tijd-issue. Als ik dat in mijn eentje zou doen en alles, ook alle kleine details, met bladgoud zou plakken, werd het écht een lange geschiedenis. Gelukkig had Peter Voshart van Linova een goede oplossing: goudpoeder: je brengt mixtion aan in de smallere sparingen en blaast er het poeder in. Verder heb ik hier zowel bladgoud geplakt met mixtion op waterbasis als met lijnolie en lak. Ik kende Petra Baartman, de winnaar van de Nationale SchildersVakprijs van dit jaar. Haar heb ik gevraagd om me met het vergulden te helpen. We hebben samen een paar weken staan knallen.’
![](https://www.schildersvak.nl/wp-content/uploads/2021/01/Foto-onder-gele-deur-1024x683.jpg)
En nog is het werk in Huis Nolet niet klaar voor Berghuis. Zo treffen we hem aan in een voorkamer, waar hij de lambrisering in een esdoorn-imitatie schildert, omlijst met mahonie. En er is besloten om rond de trap de lambrizering geheel uit marmerimitatie te laten bestaan. ‘Er ligt heel mooi echt marmer op de vloeren,’ vertelt Berghuis. ‘Een breche, voornamelijk grijze breche, maar met een zweem van paars en hier en daar een paars brokje, dus is het breche violet.’ De uitdaging wordt om de bezoeker de illusie te geven dat de lambrizering ook van marmer gemaakt is. En dat lijkt uitstekend te lukken, al moeten er nog heel veel meters geschilderd worden. En dan is er nog een fors souterrain waar alle deuren in de houtimitatie mogen. Berghuis: ‘Het is geweldig om hier te werken. Sowieso met de mensen van Burgy, maar ook met de stukadoors en andere specialisten die hier rond lopen. Allemaal toppers in hun vak.’
Bekijk ook de video over dit bijzondere project op SchildersVAKTV.
![](https://www.schildersvak.nl/wp-content/uploads/2021/01/Foto-rechts-vergulde-pilaren-1024x683.jpg)