Kuurman en de spoorwegen, dan denk je al snel aan het schilderen van stalen spooronderdelen. Maar het bedrijf zit ook in het onderhoudsschilderwerk. De combinatie van die twee disciplines zorgt ervoor dat Kuurman Noord het rijksmonumentale Centraal Station in Groningen mag schilderen.
‘De goede ervaringen die wij vorig jaar met Kuurman Noord hebben opgedaan bij het onderhoud aan het station van Leeuwarden zetten we nu door bij het station van Groningen,’ zegt Rolinka Veldhuizen, adviseur technisch onderhoud bij de NS, afdeling stations. Het onderhoud aan de stationsgebouwen in de noordelijke provincies valt onder haar verantwoordelijkheid. ‘Er is besloten om meerdere stations nu in zijn geheel een onderhoudsbeurt te geven. Daarbij moet het onderhoudsbedrijf aan een groot aantal voorwaarden voldoen. Zoals zo min mogelijk overlast voor de reizigers geven en voldoen aan de veiligheidseisen die rond het spoor worden gehanteerd. Dan kom je op een beperkt aantal onderhoudsbedrijven uit.’
Want hoewel het hier gaat om het stationsgebouw, eigendom van de NS, in tegenstelling tot het spoorgedeelte, dat onder ProRail valt, zijn de veiligheidseisen streng. Zo moeten de schilders steeds een veiligheidshelm, veiligheidsschoenen en een fluorescerend geel hesje met bedrijfslogo dragen en bij werkzaamheden langs het spoor hun Digitale Veiligheids Pas (DVP) bij zich hebben.
Arjan Wever, hoofd van het projectbureau van Kuurman Noord. ‘We gaan voor de NS ook station Kropswolde, bij Hoogezand, en station Meppel een onderhoudsbeurt geven. Steeds op dezelfde, integrale manier.’
Veldhuizen: ‘Tot voor enige tijd terug besteedden we het schilderwerk steeds in delen uit. Het gevolg is dat de staat van onderhoud aan de ene kant van het gebouw heel anders is dan aan de andere kant. Daar willen we vanaf. Bovendien, zo is gebleken, is het op de langere termijn gunstiger om éénmalig een investering te doen en die dan over acht of tien jaar af te schrijven. Tenslotte, en dat is voor ons wel het belangrijkste, val je op deze manier de reiziger zo min mogelijk lastig.’
Henk Veensta, projectleider bij Kuurman Noord: ‘We zijn al in januari gaan overleggen. Onder andere over die minimale overlast. Maar ook met monumentenzorg en de gemeente. De verankering van de steigers was een punt van aandacht. De voegen moeten hier intact blijven. Er is gekozen om in de baksteen te verankeren. De plaats van de ankergaten wordt geregistreerd en na gebruik worden ze met een afdekbout verborgen. Bij een volgende keer steigeren kunnen die gaten dan opnieuw gebruikt worden.’
Veldhuizen: ‘Bij vorige schilderbeurten was de voorzijde van het station nog goed bereikbaar met zware hoogwerkers. Maar sinds enige jaren kan dat niet meer, omdat er een fietsenstalling onder het plein voor het station gekomen is. Daarom moest nu het hele gebouw ingesteigerd worden.’
Wever: ‘Uiteindelijk kwam Brand Energy & Infrastructure Services met het beste voorstel. Onder andere met het idee om het project in drie fases op te delen. Dat scheelt in de hoeveelheid materiaal en het aantal verplaatsingen. Ook wordt er met langere loopbruggen gewerkt. Dat scheelt in materiaal en gewicht.’ Aan de spoorzijde rust de constructie namelijk op de overkapping van het station. Een elegante oplossing waardoor er op de perrons niets van het werk te zien is.
Het werk is gestart in september en zal minimaal tot eind november doorlopen. De steiger wordt aan de noord-, west- en oostzijdes voorzien van windreducerend gaas, aan de zuidzijde niet. Het gaas is niet alleen aangebracht om de schilders en hun werk te beschermen, maar dient ook om de reizigers zo min mogelijk te hinderen. Voor de circa zes schilders die Kuurman permanent op dit project heeft staan, zijn ook bij slecht weer voldoende werkzaamheden. Bijvoorbeeld aan de perronzijde, onder de overkapping, waar de deuren een nieuwe blanke laklaag krijgen. Aan de noordzijde zijn verschillende overkappingen waaronder ook schilderwerk te doen is.
‘We hebben als bedrijf het voordeel dat we echte metaalspecialisten in dienst hebben’, vertelt Wever. ‘Hen laten we de ijzeren hekwerken en andere metalen delen schilderen. De hekwerken zijn nog niet zo oud, maar vertonen al behoorlijk wat corrosie. Dat moet worden geschuurd, zo nodig gelast, dat laten we een ander bedrijf doen, en dan twee keer bijplekken en daarna afschilderen. We doen dat met een 2k-verf van Akzo International, zodat het minstens 10 jaar probleemloos blijft zitten.’
Voor de houtrotreparaties en deelvervangingen werkt Kuurman samen met aannemersbedrijf Geveke Groningen. Veenstra: ‘Dat kunnen we in principe ook zelf, maar het is nogal veel. En Geveke heeft een eigen timmerfabriek waardoor ze bij deelvervangingen de detailleringen goed en snel kunnen namaken.’
Met de oude verflagen van dit uit 1866 stammende station, dat veel weg heeft van dat in Amsterdam, maar niet door Pierre Cuypers maar door de architect Izaak Gosschalk werd ontworpen, is zorgvuldig omgesprongen. Er is onderzoek verricht. Het houtwerk bleek ooit enige tijd okergeel geschilderd geweest te zijn. Maar daaronder zaten toch de kleuren die nu ook gebruikt worden. De houten delen worden geschilderd met Trimetal Permaline PU Satin. Wever: ‘De restauratiekundige van de gemeente wilde geen hoogglans. Dat vond men niet passend. Maar deze zijdeglans glimt toch heel diep.’ Veenstra: ‘We hebben geprobeerd de originele verflagen zoveel mogelijk intact te houden. Maar we hebben wel goed gereinigd en geschuurd. We geven een garantie van minimaal zeven jaar op dit schilderwerk. Het zal wel even duren voordat er helemaal boven op het dak weer een schilder staat.’
Foto:
Henk Veenstra, Rolinka Veldhuizen en Arjan Wever (v.l.n.r.) in de voorgeschreven veiligheidsoutfit voor het station