Zo’n twaalf jaar geleden begon Cees Oostrom een zzp-schildersbedrijf. Tegelijk was het FNV-kaderlid betrokken bij de oprichting van het inmiddels 10.350 leden sterke FNV Zelfstandigen in de bouw, waar hij steeds bestuurslid is gebleven. Sinds kort is hij tevens voorzitter van een nieuw keurmerk van zzp’ers in de bouw. Is daar wel vraag naar?
Schilder en zzp’er, dat is sappelen, toch?
‘Of ik geluk gehad heb of dat het aan mijn eigen ondernemerschap ligt weet ik niet, maar het is met mijn bedrijf heel goed gegaan. Helemaal in het begin heb ik folders verspreid. Sindsdien heb ik al mijn werk door mond-tot-mondreclame gekregen. Zeker nu ik aan het afbouwen ben moet ik eerder werk weigeren dan dat ik het moet zoeken. Ik heb een grote particuliere klantenkring en het onderhoud aan een paar flinke VvE-gebouwen. Prima werk om zelf te kunnen indelen. En nooit in concurrentie op prijs. Als een klant me vertelt dat hij ook andere schilders om een prijsopgaaf vraagt, gun ik het die anderen.’
Ah… is het zo makkelijk verdienen als zpp’er?
‘Nou, je moet wel stevig in je schoenen staan, én een netwerk hebben. Onder zzp’ers, ook onder leden van FNV ZBo, zitten zielige gevallen. Maar de meesten kiezen bewust voor het zelfstandige vakmanschap. Dat is deels aan hun werkgevers te wijten. Ik werkte bij een groot schildersbedrijf. Dat deelde mensen op in groepen: stond je altijd lantarenpalen te schilderen. Of altijd galerijflats. Dat wordt een trucje, en dat moet je dan tot je pensioen blijven doen, zonder perspectief op meer loon. Je weet precies hoe snel je iets op een bepaald kwaliteitsniveau kunt doen. Komt zo’n manager met weer een nieuwe urenafspraak: je bent gewoon geen baas over je eigen arbeid. Geen wonder dat veel schilders voor die vrijheid en dat vakmanschap kiezen.’
Maar dan ben je nog geen ondernemer…
‘Klopt. Offreren en factureren en achter debiteuren aanzitten vinden veel zzp’ers lastig. Het begint al met dat je moet weten wat je werk waard is. Daar moet je een beeld bij hebben. En veel zzp’ers vinden het lastig om zakelijk te zijn. Daar komt vaak ellende van. Dan is het goed dat er een vereniging is, voor juridische bijstand.’
Ja… FNV ZBo, het blijft vreemd: een vakbond voor ondernemers
‘We zijn een zelfstandige vereniging. Samen met FNV Bouw vormen we wel een federatie. Daarin hebben we evenveel stemrecht. Bouwvakkers willen altijd weten wat ze krijgen voor hun geld. Dat is best veel: juridische ondersteuning, trainingen, documentatie, maar ook jaarlijks een gezellige ledendag waar 4000 man op afkomt. Er zijn meer zzp-verenigingen. Maar weinig zijn zo groot als wij, zeker in de bouw. En als je in de bouw werkt is het prettig om lid te zijn van een club die je taal spreekt.’FFF
Dat nieuwe keurmerk. Is daar behoefte aan?
‘Dezer dagen beginnen we met de eerste informatieavonden over het keurmerk Kwaliteits Vakman. De zalen zitten vol. En al vanaf dag één ontvingen we tientallen aanvragen. Het keurmerk is ontwikkeld op vraag van onze leden, en we hebben opdrachtgevers én zzp’ers gevraagd wat ze van zo’n keurmerk verwachten.’
Diploma’s, vakmanschap, goed werk leveren…
‘Opdrachtgevers blijkt het niets uit te maken of je diploma’s hebt. Van een vakman verwachten ze gewoon goed werk. Eisen die zij belangrijk vinden: je aan je afspraken houden, netjes werken, op tijd opleveren. Dingen die de zzp’ers zelf ook belangrijk vinden. Vandaar: wie het keurmerk Kwaliteits Vakman wil voeren moet vijf recente tevreden opdrachtgevers aantonen, en daarna elk kwartaal minsten drie positieve beoordelingen kunnen overleggen. Daar is een website voor met een vragenlijst. Bij oplevering van een werk vraag je opdrachtgevers die klantbeoordelingen in te vullen.’
En die beoordelingen komen open en bloot op de site?
‘Voorlopig niet. Daarin waren zzp’ers en hun klanten het in ons onderzoek met elkaar eens: klanten willen alles openbaar, zzp’ers niet. We werken nu met een sterrensysteem, dat een gemiddelde beoordeling laat zien.’
Waarom willen de leden een keurmerk?
‘Keurmerk Kwaliteits Vakman is een onafhankelijke stichting, je hoeft geen FNV ZBo-lid te zijn. Een keurmerk wordt belangrijker omdat steeds meer werk via internet verdeeld wordt. Vooral starters, die nog een klantenkring moeten opbouwen, zoeken het werk daar. En jongere mensen, pas verhuisd naar bijvoorbeeld een vinexwijk of een buurt waar ze niemand kennen, die zoeken hun vakman ook op het web. Dan is het moeilijk kiezen tussen de ene en de andere vakman. Een keurmerk helpt ze kiezen en wijst op kwaliteit. Zo ontsnap je aan een discussie die alleen maar over de prijs gaat.’
Wat verwacht u van de toekomst, meer zzp’ers?
‘Het gaat hard, en het blijft nog wel een tijdje doorgaan. In de afbouw zijn tegenwoordig bijna evenveel mensen zelfstandige als in loondienst. Die trend zie je overal. Wel denk ik dat er steeds meer mensen hybride zullen gaan werken: deels zelfstandig, deels in loondienst en deels in uitzendverband. Als branche zul je daar iets mee moeten, onder andere in de financiering van de scholing. En voor pensioen. Een verplichte pensioenverzekering zoals in de schildersbranche vind ik zo gek nog niet. Dan concurreer je tenminste niet op die kosten. Maar maak zo’n verzekering dan flexibeler, zodat je in een goed jaar kan bijstorten. Dat kan nu niet. Over veel vraagstukken over zzp’ers zal Den Haag moeten beslissen. Want die zzp’ers, die gaan niet weg.’