U bent architect. Uw bedrijf Garantienet doet aan vastgoedonderhoudsadvies. U bent ook voorzitter van de stichting Sertum, die een register van onderhoudskundigen bijhoudt. Welk belang dient deze Maatlat?
‘In de eerste plaats van opdrachtgevers en werkgevers. Daar heerst al jaren grote verwarring over wat de verschillende certificaten die mensen met contractonderwijscursussen verzamelen nu eigenlijk inhouden. Er zijn drie hogescholen die opleidingen op dit gebied bieden en ook een aantal particuliere opleidingsinstituten, er zijn mensen gecertificeerd als inspecteur volgens de NEN 2767, en dan is er de systematiek van het Rijksvastgoedbedrijf , de BOEI-systematiek, waar mensen opleidingen in volgen. Opdrachtgevers, zoals corporaties, instellingen, beleggers, weten niet wat al die kwalificaties inhouden. Er worden adviseurs aangetrokken of mensen aangenomen die niet geschikt zijn voor de taak die ze moeten uitvoeren. Met alle gevolgen van dien.’
Daar kent u voorbeelden van?
‘Ja.’
Dus?
‘Hebben wij als Sertum in 2014 ons de vraag gesteld: “Hoe ziet de onderhoudskundige er in 2020 uit? Wat wordt van hem of haar verwacht, wat zijn de competenties?” Daarmee zijn we aan het werk gegaan. Kijk: Sertum is een stichting die een register beheert waar ruim 500 inspecteurs en adviseurs in het vastgoedonderhoud op staan ingeschreven. Mensen met door ons toegelaten certificaten, die zichzelf bovendien jaarlijks bijscholen. Wij zijn er dus bij gebaat dat het zo helder mogelijk is voor iedereen die ons register raadpleegt wat de mensen kunnen.’
Mwah, vastgoedonderhoud… beetje bouwkundig inzicht en kennis van verfsoorten…
‘Dat is nog een ander aspect: met deze Maatlat maken we duidelijk dat vastgoedonderhoud een vak is. In de crisis zei opeens iedereen er verstand van te hebben. Maar in een weiland een nieuw gebouw uit de grond stampen is toch echt iets anders dan dat je uit moet gaan van een bestaand gebouw, met bestaande materialen, installaties en met zijn geschiedenis, met bewoners of gebruikers, waar verbeteringen en winst niet per kubieke meters gaan, maar vaak in minieme stappen te bereiken is. Hier speelt ook de meerjarenonderhoudsplanning een belangrijke rol.’
Ok. Wat is die Maatlat voor Onderhoudskundigen nu eigenlijk?
‘Het is een richtlijn, omschreven in een boekje dat besteld kan worden bij Sertum. De inhoud is ook downloadbaar via onderhoudskundige.nl. We maken een onderscheid tussen drie soorten onderhoudskundigen: de Inspecteur, de Coördinator en de Adviseur. Dat zijn rollen in het bouwproces, tussen tactisch niveau (de Adviseur), het uitvoerend niveau (de Coördinator) en controlerend niveau (de Inspecteur) in. De Maatlat heeft het dus niet over de vaklieden op de werkvloer, en ook niet over beleidsontwikkeling op strategisch niveau. Wij beperken ons tot onderhoud vanuit een technisch oogpunt, daar is vastgoedbeleid geen onderdeel van. Voor die drie rollen hebben we een aantal kerntaken opgeschreven, maximaal acht. Die kerntaken zijn vertaald in competenties, dus: wat moet je kunnen om die taak te kunnen uitvoeren. En die competenties zijn weer uitgewerkt in een opsomming per competentie van vaardigheden en kennis die borgen dat je die competentie ook hebt.’
Dat klinkt als een document op basis waarvan je opleidingen kunt opzetten en mensen kunt examineren.
‘Exact. Dat is het en zo gaat het ook functioneren. Meerdere opleidingsinstituten zijn op dit moment bezig om hun bestaande opleidingen om te schrijven naar deze competenties. Het scheelt enorm dat we dit samen met hen ontwikkeld hebben en dat we zelf geen opleider of examinator zijn.’
Wat betekent voor mensen bij vastgoedonderhoudsbedrijven?
‘Je krijgt vaker te maken met competente mensen bij de opdrachtgever. Maar ook bij je eigen organisatie. Want het profiel Coördinator, die onderhoudsprocessen moet organiseren, middelen moet kunnen beheren, onderhoudsprocessen optimaliseert, dat is dus ook gewoon een projectcoördinator of een werkvoorbereider. In korte tijd zullen de opleidingsmogelijkheden veel duidelijker zijn en kun je als je, van je werkgever een ontwikkelbudget krijgt, heel gericht kiezen voor een opleiding die je weer een stukje verder op de Maatlat zal brengen. Ik schat dat in Nederland tussen de 3000 en de 5000 mensen zich op niveau met vastgoedonderhoud bezig houden. Tien procent daarvan staat in onze registers. We doen dit ook voor de rest, om het vak meer aanzien te geven en mensen vooruit te helpen.’
En wat gebeurt er met mensen die nu al een papiertje hebben?
‘Bijscholing is altijd al een vereiste, in ieder geval voor Sertum geregistreerden. Er zullen kopstudies worden aangeboden door de verschillende opleidingsinstituten om van een bestaand certificaat een Maatlat-certificaat te maken. Iets dat wij overigens met accreditatiecommissies zullen bewaken en toetsen. We willen de waarde van het Sertum-register blijven borgen. Wij willen curricula zien en ook weten hoe kennis en vaardigheden worden getoetst. Een maatlat moet natuurlijk wel iets meten.’