Het Amsterdamse Lakfa (ja, inderdaad, van LakFabriek) doet veel dingen anders dan andere Nederlandse verffabrikanten. Zo verkopen ze hun verf alleen direct aan schilders en verdienen ze het grootste deel van de omzet in het buitenland. Maar dat laatste gaat veranderen.
Op sociale media is Simon Kopinsky, voor Lakfa verantwoordelijk voor de verkoop in de regio Noord-Nederland, zich aardig aan het roeren. Reden voor SchildersVakkrant om eens contact op te nemen met dit bedrijf dat al sinds 1936 in Nederland gevestigd is. Is er iets veranderd? En: wie is Lakfa eigenlijk?
De fabriek is gevestigd aan de rand van Amsterdam, aan het Zeeburgerpad. Hier worden alle verfproducten vervaardigd, die Lakfa grotendeels naar Europese landen exporteert. ‘Vroeger waren we nog veel internationaler’, vertelt Arje Stern, directeur-eigenaar van Lakfa sinds hij in 2007 de fabriek overnam van zijn vader Leo, die weer diens vader opvolgde, Sigmund Stern. ‘Mijn vader was altijd onderweg, 10 maanden per jaar. Ik doe dat anders. We hebben nog wel een handelscontact in New York en ook nog een in Japan, een beetje voor de leuk, maar verder doen we vooral zaken in Europa.’
En dat gaat overal op dezelfde manier, in rechtstreeks contact met schilders. Stern reist zelf nog steeds veel, maar laat de verkoop over aan zijn commerciële adviseurs. ‘Wij geloven in het directe contact met de schilder. Mijn opa nam de oorspronkelijke fabriek uit 1906 in de twintiger jaren over. Toen maakten we halffabrikaten voor schilders. De schilders maakten toen nog allemaal hun eigen verf. Dat is na de oorlog veranderd: arbeid werd duurder, daarom hadden schilders geen tijd meer om hun eigen verf te maken. Dus ging Lakfa, net als de andere verffabrieken, eigen verf produceren.’
In de overnamegolven in de vijftiger en zestiger jaren die leidden tot de megabedrijven Sikkens en Sigma, bleef LakFa altijd zelfstandig. Het zal iets met de geschiedenis te maken hebben. Stern: ‘Mijn opa werd gedwongen zijn fabriek in Duitsland te verkopen. Daarop vertrok hij in de dertiger jaren naar Nederland. In de oorlog werden hij en mijn oma gedeporteerd naar concentratiekamp Bergen-Belsen, wat ze ternauwernood overleefden. Toen ze terugkeerden bezaten ze zo goed als niets meer. Met geleend geld van familie in Amerika bouwden ze de verffabriek weer op. Zoiets verkoop je niet snel.’
Het maakt van Lakfa een unieke fabriek, met unieke producten. ‘Al onze producten hebben wel iets speciaals, dat ze anders maakt dan vergelijkbare verven,’legt Kopinsky uit. ‘Omdat we niet met tussenhandel werken, zijn onze verven heel concurrerend geprijsd. En ze kunnen vaak meer dan de schilder verwacht. Zoals onze muurverf, die is van de hoogste kwaliteit en smeert ook nog eens zeer goed uit, zodat je meer rendement haalt uit een emmer. Of zoals onze lakken. We versnijden die niet met vulmiddelen en dergelijke. Daardoor zijn ze zeer puur. Dat betekent dat je ze goed kunt inzetten in ziekenhuizen en andere plaatsen waar mensen met allergieën komen. Daarbij komt dat ze zeer duurzaam zijn en een hoge glansgraad hebben.’
Stern: ‘Wij garanderen dat je al onze oplosmiddelhoudende verven, dus de grondverf, de tussenlak, de aflak, allemaal door elkaar kunt mengen tot een prima verf, bijvoorbeeld om te gronden. Datzelfde geldt voor de lijnen watergedragen verven. Die kun je ook met elkaar mengen en hergebruiken. Even afgezien van de kleuren gooi je dus veel minder weg en hoef je minder voorraad te houden.’
Een ander principe achter de circa 80 producten van de Amsterdamse fabrikant: met één product meerdere dingen kunnen doen. De Arteko-Elastiek-kit is daar een goed voorbeeld van. Het is alweer zo’n zuiver product, een rein-acrylaat, dat extreem hecht. Het is enorm rekbaar zonder dat het knapt. Stern en Kopinsky demonstreren dat door aan twee kanten aan een sliert kit te trekken. De kit wordt inderdaad een paar keer langer dan oorspronkelijk voordat hij knapt. ‘Dit is een zeer goed overschilderbare beglazingskit, maar je kunt hem ook als montagekit gebruiken, bijvoorbeeld voor tegels of sanitair, dan zit het muurvast. En de kit droogt niet uit in de koker.’
Kopinsky: ‘We hebben, naast een pakket aan verven waar de schilder elke dag mee werkt, ook een flink aantal specialties. Zoals een transparante sealer voor over geschilderde muren. Bijvoorbeeld in hotels, om die muren krasvast te maken.’ Stern: ‘Ons principe is dat we met de schilder meedenken: wat voor projecten heeft hij te doen, wat voor producten kan hij daarbij gebruiken. We adviseren hem. En dan kunnen de speciale eigenschappen van onze verf, bijvoorbeeld de krasvastheid, de uitsmeerbaarheid of de hypo-allergene eigenschappen, juist het verschil maken.’
Met de komst van Kopinsky (en zijn collega voor Zuid-Nederland Marinus Pullen), gaat Lakfa meer aandacht geven aan de thuismarkt. ‘Ik denk niet dat we ooit via wederverkopers zullen gaan werken’, zegt Stern. ‘Die willen, terecht, marge verdienen en dan kunnen we niet meer zo goedkoop leveren. Bovendien willen we graag rechtstreeks contact met de schilder, om samen met hem naar de beste oplossingen te zoeken.’
Bij de foto:
Simon Kopinsky (links) en Arje Stern demonstreren de trekkracht van Arteko-Elastiek op het kantoor van de Amsterdamse verffabriek
Foto: JMS