Nee, directeur Bram Aaldering van Temebel Vastgoedonderhoud heeft liever niet dat je ze ‘tiny houses’ noemt. Maar de kleine, energieneutrale, van cradle-to-cradle materialen gemaakte woningen die zijn vakmensen bouwen voor Vivax Housing, hebben er wel veel van weg. Schildersbedrijf wordt huizenproducent?
Er staat er één kant-en-klaar voor het bedrijfspand in Doetinchem. Een demonstratiemodel, maar al wel verkocht, blijkt later. Binnen, in de werkplaats van Temebel Vastgoedonderhoud staan nog drie van die Vivax-huizen, in verschillende stadia van opbouw. Hoe komt een schildersbedrijf tot zo’n activiteit?
‘We doen eigenlijk al jaren veel bouwkundig werk’, vertelt Bram Aaldering. De voormalig Wijzonol-accountmanager werd zo’n 2,5 jaar geleden compagnon en mededirecteur van Temebel. Samen met Eric Woerts geeft hij leiding aan het bedrijf, dat 80 jaar geleden als schildersbedrijf werd opgericht en inmiddels is uitgegroeid tot een vastgoedonderhoudsbedrijf, gericht op het ontzorgen van opdrachtgevers (corporaties, bedrijven, VvE’s maar ook particulieren) op het gebied van planmatig onderhoud en renovatie.
Terug naar dat bouwkundige. ‘We hebben 25 schilders in vaste dienst en 7 bouwvakkers’, legt Aaldering uit. ‘En op kantoor hebben we een bouwkundig werkvoorbereider en een werkvoorbereider die zowel bouwkundige als schildertechnische klussen oppakt. Bouwkundig is de werkvoorbereiding een stuk ingewikkelder, maar de omzet die je realiseert met relatief weinig bouwvakkers is dan weer relatief heel groot. Het mooiste is dat we het veel combineren. We kunnen onze klanten een totaalpakket bieden. Een dakkapel bouwen. Een aanbouw. Isolerende voorzieningen. En altijd in bewoonde staat, hè.’
Dat laatste leidt tot steeds meer totaalrenovatieopdrachten. Zoals een pas verworven opdracht van corporatie Wonion in Ulft voor het nul-op-de-meter maken van 70 gedateerde huurwoningen die nu op label D zitten. ‘Wonion vroeg ons nadrukkelijk, en een installatiebedrijf, om plannen in te dienen. Geen bouwbedrijf. Ze wilden bedrijven die gewend zijn om te werken aan woningen in bewoonde staat. We ontwikkelden een plan waarbij we bijna niet in de woning zelf hoeven te zijn. Bijna de hele renovatie gebeurt van buitenaf en ook nog eens heel vlug. Bovendien zorgen we voor opvang van bewoners die toch even hun huis uit willen.’
De combinatie vakmanschap en aandacht komt ook nadrukkelijk terug bij de Vivax-woningen. ‘Samen met de bedenker, Marcel Bodegraven, en een aantal partnerbedrijven zijn we om de tafel gaan zitten. We maken gebruik van bestaande technieken: isolatiematerialen, warmteterugwinning, triple beglazing, kunststofkozijnen, zonnecollectoren. Daarmee maken we een compleet energieneutrale woonunit voor twee personen, eenvoudig aan elkaar te koppelen zodat je een eengezinswoning krijgt. De materialen zijn voor een belangrijk deel cradle-to-cradle, in ieder geval is het huisje bij einde levensduur geheel demontabel. Het huis is eenvoudig op een dieplader te vervoeren en kan op een fundering van stalen balken staan of anders op vier fundatiepoeren. Alleen een aansluiting op het riool, water en het elektriciteitsnet is nodig, al zijn daar ook wel oplossingen voor’, vertelt Aaldering. ‘Alles staat of valt wel bij een gedegen uitvoering. En dat vraagt weer om vakmannen die betrokken zijn bij wat ze maken, niet zomaar ergens een schroef in draaien, maar zich afvragen waar die schroef voor nodig is. Luchtdichting en goede afwerking van de kieren en dergelijke zijn zeer belangrijk. We hebben pas een blowerdoortest gedaan. Bleek er precies één keer een, makkelijk dicht te stoppen, gaatje verkeerd geboord te zijn. Dat is een prestatie van jewelste van onze vakmensen.’
Aaldering en Vivax spreken liever niet over ‘tiny housing’. Aaldering: ‘Het heeft natuurlijk best veel weg van die trend waarover zoveel geschreven wordt: duurzaam leven in een klein, verplaatsbaar huisje. Maar veel van die concepten zijn nooit verder dan de tekentafel of hoogstens een prototype gekomen. Er hangt ook een ‘hipster’-sfeer omheen. Wij maken gewoon energieneutrale, duurzame wooneenheden voor welbepaalde doelgroepen. De eerste zeven zijn inmiddels verkocht. Die gaan naar een corporatie die ze inzet voor de huisvesting van statushouders. We zien ook mogelijkheden voor studentenhuisvesting en voor mantelzorgwoningen, waarbij een familielid een eigen woonruimte op het erf of in de tuin kan krijgen. Het basismodel kost 30.000 euro. Daarvoor heb je een complete tweepersoonswoning met zonnepanelen, wtw-installatie, toilet, een zogenaamde eco-keuken van leverancier Bribus, gemaakt van FSC-hout met granulaat van geperste eenjarige gewassen ertussen, kasten en een zoldertje. En alles gemaakt door lokale, Achterhoekse bedrijven. Wij van Temebel zijn meer dan de producent van deze woningen, we helpen ook mee om er klanten voor te vinden.’
Het schilderwerk, ondertussen, gaat gewoon door. ‘Aan de Vivax-woningen zit wel wat schilderwerk: de gepotdekselde buitenbekleding wordt geschilderd met Woodstain en binnen kunnen wanden en vloeren naar keuze worden afgewerkt en gesausd of anders in de blanke lak gezet. Dat is werk voor één of twee schilders. We zijn dit project niet gestart om de schilders in de winter aan werk te houden, al helpt het mee. Gelukkig ziet het er deze winter voorlopig goed uit met veel binnenschilderwerk. Voor bouwvakkers geldt natuurlijk net zo goed dat de winter het rustige seizoen is. We hopen de bouw van de Vivax-woningen dan ook voornamelijk te concentreren in de wintermaanden’, glimlacht Aaldering.
Foto:
In de werkplaats wordt aan drie Vivax-huizen tegelijk gewerkt, in verschillende stadia
Foto: JMS