Ga naar hoofdinhoud

Biobased en Troonrede


Los van het feit dat ik snap dat de urgentie van dit moment is dat onze economie weer uit het slop wordt gehaald, miste ik de ambitie en het lef om verder vooruit te kijken dan 2014. Het besef dat juist verduurzaming, met name van ons vastgoed, een vliegwiel kan zijn om onze economie weer voor een langere periode op gang te houden, lijkt in politiek Den Haag te ontbreken. Het is gewoon opvallend dat woorden als ‘duurzaam’, ‘hernieuwbaar’, ‘klimaat’ en ‘energiebesparing’  in de hele Troonrede ontbraken.

Op dezelfde dag dat koning Willem Alexander voor het eerst de Troonrede uitsprak, verscheen in Cobouw een artikel met de kop ‘Bioaromaten in plaats van olie in verf’. Oud nieuws, maar ik werd er wel door getriggerd. Dergelijke vergezichten miste ik namelijk in de Troonrede.

Blik vooruit

Die blik vooruit durft de verfindustrie, ondanks het feit dat daar dit jaar weer harde klappen vallen, wél te maken. In 2012 startte de VVVF het tweede Branche Innovatie Contract met TNO. De ambitie van de verfindustrie is dat in 2030 tenminste de helft van de verf op de Nederlandse markt is gemaakt op basis van volledig hernieuwbare grondstoffen, waarbij de prestatie ervan gelijkwaardig is aan die van de op fossiele grondstoffen gebaseerde tegenhangers.

Bioaromaten

Populair gezegd: bioaromaten, bijvoorbeeld gewonnen uit lijnzaadolie, in plaats van aromaten uit aardolie. En dan neem ik aan dat dit vooral betrekking heeft om de bindmiddelen. Oplosmiddelen op basis van bioaromaten lijkt mij namelijk het paard achter de wagen spannen; misschien uit milieuoogpunt wel een stap vooruit, maar arbotechnisch gezien ongewenst. Volgens onderzoeker Corne Rentrop van TNO is het technisch echter al lang mogelijk harsen op basis van biobased componenten te ontwikkelen, maar het is de kunst de juiste samenstelling te vinden.

Acceptatie

Terecht wijst de TNO-man er echter op dat het duurzaam maken van verf niet alleen technisch een uitdaging is, maar dat het tevens gaat om haalbaarheid, acceptatie door de markt, business cases en samenwerking binnen de keten. Overleg met de totale onderhoudskolom is dan ook essentieel. Participeren, om nog even uit de Troonrede te citeren. Al is het alleen maar om met elkaar af te spreken welke definitie wordt gehanteerd als we het hebben over ‘duurzame’ verf. En het besef moet doordringen dat duurzame verf niet per definitie duurzaam onderhoud betekent.

Vervolg

Het is dan ook goed dat de VVVF en OnderhoudNL in oktober 2012 de intentieverklaring ‘Duurzaam onderhoud aan gebouwen en infrastructuur’ tekenden. Hierin verklaren verfproducenten en professionele schilders dat zij samen willen komen tot een ‘algemeen erkende definitie van duurzaam onderhoud’ en afspraken willen maken over hoe duurzaam onderhoud verder kan worden bevorderd. Dit jaar moeten de vervolgstappen in het proces richting duurzaam onderhoud zichtbaar worden. Ik heb nog geen witte rook gezien. Ik ben benieuwd.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.


PPG verlengt Colorful Communities tot en met 2035

Baan Twente wederom beste Mercedes-Benz Van ProCenter

Oostveen overgenomen door Hoogstraten Haarzuilens

Geen versoepeling regels voor Oekraïense zzp’ers

Soudal slaat vleugels uit naar Japan