Ga naar hoofdinhoud

Ook Doekle doet aan elite


Heb ik iets uit de lucht geplukt, of is het een kwestie van leentjebuur? Twee weken geleden schreef ik over het schildersvak als een eliteberoep. Daar kreeg ik veel reacties op, de blog werd veel gedeeld. Nu noemt Doekle Terpstra de werknemers in de branche waar hij voor lobbyt, de installateurs, ook al 'elite'. Laat ik het maar met hem eens zijn.

In de Volkskrant van vandaag een interview met een jonge installateur die na zijn havo koos voor het installatievak en op mbo-2 niveau wilde beginnen, om de basis door te krijgen. Werd-ie om voor gek versleten door zijn docenten. Met havo doe je minimaal mbo-4 en ga je zo snel mogelijk op zoek naar een kantoorbaan. Toch? Omgekeerd geldt het ook, en veel sterker: ik ken een havist die overwoog om kok te worden. Dan moet je dus juist op niveau 2 beginnen, om precies dezelfde reden. Dat leek hem toch wel echt heel ‘laag’, qua opleiding.

Oplossing? Een gedegen vakopleiding om de basisvaardigheden van het vak onder de knie te krijgen, gecombineerd met een programma dat uitdaging biedt aan je theoretisch niveau. En dan zou ik dat extra programma nou eens niet alleen op managementvaardigheden richten of op communicatie of advies, maar evengoed (in het kader van schilderonderwijs) op bouwkunde of chemie, echte verdiepingsvakken. Want als schilder kun je misschien je hele leven gewoon op de kozijnen strijken wat de verffabrikant zegt dat je moet nemen. Beter is om zelf een welbewuste keuze te maken, ook in het licht van kantelend bewustzijn over wat ‘verduurzamen’ precies inhoudt.

Die installateur in de Volkskrant had het trouwens niet zo op Doekle, die namens de installatiebrache wel een grote broek aantrekt richting mbo’s waar ze minder aan ‘stropdassenstudies’ zouden moeten doen en de leerlingen meer richting de techniekvakken moeten dwingen. Maar ondertussen bieden de installatiewerkgevers een cao-loonsverhoging die ver onder het inflatiecijfer ligt. En dan wel de installateur tot een ‘elite’ rekenen.

Kijk, elitair zijn heeft iets te maken met trots en onafhankelijk zijn, goed in wat je doet. De dolende ridder die strijdt voor rechtvaardigheid en de bescherming van de zwakken. De professor die gebogen over manuscripten geleerde brieven schrijft naar geestverwanten. Geld is daarbij niet het belangrijkste, zeker. Maar vrij en autonoom zijn, eigenstandig beslissingen nemen, iets doen omdat je het leuk vindt heeft óók te maken met je geen zorgen hoeven te maken over je inkomen en of je daar de gasprijs en de huur wel mee kan betalen.

Onder de nieuwe elite die ik in de schildersbranche zie ontstaan zitten óók werknemers. Wie een gewaardeerde kracht is en een forse bijdrage levert aan het bedrijfsresultaat krijgt een mooie opslag op het reguliere loon, toch? En een mooi douceurtje aan het eind van het jaar als de rekeningen zijn opgemaakt. Maar veel vakvolwassen, zelfstandige en autonome schilders gaan niet op welwillendheid van de baas zitten wachten. Die maken de stap naar het ondernemerschap. Dan werk je wel vaak in je avonden en weekeinden, ook aan zaken die weinig met schilderen te maken hebben, maar heb je, naast de kans om het kwaliteitswerk te leveren dat je zelf wilt maken, als het lukt ook een veel beter inkomen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.


Geen versoepeling regels voor Oekraïense zzp’ers

Soudal slaat vleugels uit naar Japan

Muurschildering Studio Giftig wereldwijde topper

Daling aantal zzp’ers verder ingezet

AGC investeert in nieuwe Fineo productielijn


Naar archief >