Het asbestdrama op Kanaleneiland in Utrecht beheerste de afgelopen weken het nieuws. Toch viel mijn oog op een andere kop bij arboonline.nl: Schilder overleden aan nierbekkenkanker. Erg, maar de jurisprudentie is wat intrigeert.
Drie fasen
Interessant is de redenering van het hof dat in de bewijslevering van het causaal verband tussen blootstelling en gezondheidsschade drie fasen kunnen worden onderscheiden. De eerste fase is die waarin de werknemer moet stellen, en zo nodig bewijzen, dat hij aan gevaarlijke stoffen is blootgesteld en dat de gezondheidsklachten door die blootstelling kunnen zijn veroorzaakt.
Zorgplicht
Als de werknemer daarin slaagt, is het aan de werkgever om te bewijzen dat hij aan zijn zorgplicht heeft voldaan. Als dat niet lukt, staat in beginsel het causaal verband vast. De werkgever heeft in een derde fase dan nog de mogelijkheid om te bewijzen dat er niet sprake is van een causaal verband tussen de blootstelling en de gezondheidsklachten. De zogenaamde omgekeerde bewijslast.
Oplosmiddelhoudend
Waarom ik dit onder de aandacht breng? Omdat ik weet dat er anno 2012 op verschillende plekken nog steeds bewust binnen met oplosmiddelhoudende verf wordt gewerkt. Ik kan u vertellen dat er wel eens schitterende projecten niét voor de Nationale Schildersvakprijs zijn ingestuurd, omdat men bang was anders tegen de lamp te lopen. Soms wordt binnen met oplosmiddelhoudende verf gewerkt onder druk van de opdrachtgever, soms op initiatief van de schilder zelf, waarbij zijn werkgever een oogje toeknijpt. Maar ook dan schiet u tekort in uw zorgplicht. En waarom? Er zijn alternatieven genoeg!