Hierover zijn OnderhoudNL – voor de werkgevers – en de werknemersbonden in de schilderbranche, de LBV, FNV en CNV, het op de valreep eens geworden. Voor 1 oktober moesten zij tot een akkoord komen. De loonstijging is historisch te noemen, maar ook conform de afgesproken automatische prijscompensatie in de cao.
Formeel gaat het om een principeakkoord, dat aan de leden van de vakbonden wordt voorgelegd. Dit zijn de circa 16.000 medewerkers in vastgoedonderhoud, renovatie, restauratie, isolatie, schilderen, beglazing en industriële metaalconservering.
De partijen wijzen op de enorme uitdaging waar de onderhoudsbranche in Nederland voor staat. Denk aan de energiecrisis, geopolitieke onzekerheid, de verduurzamingsopgave en de tekorten op de arbeidsmarkt. Daarbij is een reguliere loonstijging als kostenstijging enerzijds ondenkbaar, schrijven zij in een persbericht. Anderzijds is het noodzakelijk voor behoud van koopkracht én als perspectief voor nieuwe instroom.
Om de lopende loonkosten enigszins te verlichten, spraken de partijen eerder al af de zogeheten premiepauze voor de vorig jaar ingevoerde zwaarwerkregelingen te verlengen. Tevens kwamen zij overeen ‘intensiever in te zetten op de aanpak van oneerlijke concurrentie’. Dit omdat de loonsverhoging, vanwege de algemeen verbindende verklaring, gaat gelden voor alle werkgevers in de bedrijfstak.
Wat is da nou♂️