Het 83 jaar oude Avonturenpark Hellendoorn is de laatste tien jaar opgebloeid tot een fris, vrolijk en kleurrijk pretpark. Met dank aan schilder Bart Berentschot (foto) en zijn team én de duurzame lakken van Wijzonol. “Het is een klein dorp, dat moet je constant onderhouden.”
Praat met Mannes Kruithof over Avonturenpark Hellendoorn en zijn ogen beginnen te twinkelen. Meteen denkt hij terug aan de verhalen van zijn vader. “We zitten nu in het voormalige theehuis van de speeltuin die dit ooit was. Mijn vader woonde als kind in de buurt, hij kwam hier graag. Het was dé speeltuin in de regio, met een terras en een theeschenkerij. Ook ik ben er in mijn kindertijd vaak geweest.”
Kruithof heeft de speelplaats zien uitgroeien tot het pretpark dat het nu is en komt er nog steeds met grote regelmaat. In de rol van verftechnisch adviseur van groothandel Mooij Verf is hij er medeverantwoordelijk voor dat Hellendoorn is uitgegroeid tot het kleurrijkste pretpark van Nederland. Tien jaar geleden sprak de directie hiertoe de wens uit. Vrolijk, fris en kleurrijk moest het worden, niets meer en niets minder.
“Een verfbeurt was echt nodig”, vertelt Bart Berentschot, de huisschilder van Hellendoorn. “De tinten in het park waren een beetje in jaren zeventig-sferen; roze, oud-mint, groen… Het spatte er niet echt vanaf.” Een kaart met dertien verschillende kleuren vormt zijn leidraad bij de onderhouds- en verfraaiingsoperatie, die nooit af is. Altijd duikt er wel weer iets op – een attractie, een bankje, een tafelblad – dat een lik verf kan gebruiken.
Berentschot doet veel, maar staat er niet alleen voor. Tijdens piekperiodes huurt het park zzp’ers in. Voor eenvoudige klussen springen vakantiekrachten bij en soms wordt een specialistisch bedrijf ingevlogen. Decoratief werk neemt Berentschot doorgaans voor eigen rekening. Zo heeft hij afgelopen winter een deel van de karretjes van de Monorail, een treintje dat het park rondkruist, opnieuw gespoten. “Dat is niet iets wat iedere schilder kan”, weet Kruithof. De meest voorkomende ondergronden zijn hout en polyester (attracties), maar ook beton en metaal komen voor.
Welke kleur de ondergrond aanvankelijk ook heeft, twee lagen zijn in nagenoeg alle gevallen voldoende om een nieuwe, goed dekkende kleur aan te brengen. Te danken aan de verven van Wijzonol van Koninklijke Van Wijhe Verf uit Zwolle. Alle kleuren zijn leverbaar door de mengmachines van Mooij Verf met een keur aan recepturen. “Het excuus ‘niet te maken’ bestaat niet meer”, lacht Kruithof.
Duurzaamheidsambities
Wijzonol draagt tevens bij aan de duurzaamheidsambities van Koninklijke Van Wijhe Verf, dat zich sinds 2016 als eerste chemische bedrijf ter wereld een zogeheten B-Corp mag noemen: koploper op het gebied van sociaal ondernemen en maatschappelijke impact.
Dit uit zich in de keuze voor biobased-grondstoffen, een lage CO2-uitstoot en een lange buitenduurzaamheid van de lakken. Neem muurverfemmers, die de Overijsselse verfproducent laat maken van honderd procent ‘post consumer recyclaat’, oftewel: kunststof dat is gemaakt van plastic consumentenafval. “En in de muurverven en lakken past Wijzonol herwinbare grondstoffen toe”, weet Kruithof. “De verfindustrie is en blijft een chemische tak, maar waar het groener kan, moet je dat doen, is de overtuiging van Van Wijhe.”
De schilders in Hellendoorn maken gebruik van twee handen vol verfsoorten van Wijzonol. Bijvoorbeeld LBH Silicon Alkyd Systeemverf, een eenpotsysteem dat uitstekend vocht reguleert op houten ondergronden. De 4SO Hoogglans kan elk seizoen worden toegepast, met altijd een strakke vloei als resultaat. Voor de muren zijn er de Wijzotex- en Wijzoplex-producten, voor de vloeren de oplosmiddelvrije Wijzopox-verven en voor metalen ondergronden is er een lijn van industrielakken.
De LBH SDT Ultra Hoogglanslak, als afwerklaag op voorbehandeld hout, metaal of kunststof, heeft een buitenduurzaamheid van twaalf jaar en beschikt over een zeer hoge aanvangsglans én lang glansbehoud. “Het zijn allemaal fijne verven”, zegt Berentschot. “En Mannes kan direct anticiperen wanneer we iets nodig hebben. Ook omdat hij weet welke verf in het verleden is gebruikt.”
Gevoel van veiligheid
Goed schilderwerk is van niet te onderschatten waarde, beseft Hellendoorns operationeel manager Tim Golstein. “Dat straalt uit dat je de boel netjes op orde hebt, wat weer bijdraagt aan een gevoel van veiligheid.”
Schilderen tijdens openingstijden is lastig, het meeste werk gebeurt in de wintermaanden. Veel is al gedaan, zo wordt duidelijk tijdens een rondje door het park. Direct na de entree springt het Gouden Theaterpaleis in het oog, met roze en paars als hoofdkleuren en gouden randen. De Oldtimers hebben alle kleuren, enkele Monorail-karretjes zijn fris groen en blauw. Rood is de steunkleur bij de zweefmolen. Her en der heeft Berentschot een houtimitatie gemaakt, zoals bij Baba’s Berenboom in Dreumesland.
Kruithof: “Wat ik bijzonder vind is dat alle attracties een eigen identiteit hebben gekregen of behouden, maar dat het park eenheid uitstraalt.” Golstein: “Mensen zien het verschil. Bijvoorbeeld opa’s en oma die hier terugkomen met hun kleinkinderen en hier vroeger al met hun kinderen kwamen. We horen vaak dat het fris en strak is geworden.” Dat kan Berentschot opvatten als een compliment. Hij werkt al 22 jaar bij Hellendoorn en fietst er elke dag vanaf zijn woonplaats Nijverdal naartoe, de Hellendoornse Berg over. Een tochtje dat hij nog wel even zal blijven maken, want hij beschouwt het pretpark als een klein dorp. “En dat moet je constant onderhouden.”